De vorig jaar aangezwengelde antitrustzaak van Broadcom tegen Qualcomm is afgewezen door een federale rechter. De zaak, aanhangig gemaakt in de zomer van 2005, houdt in dat Broadcom vindt dat Qualcomm de competitie op de markt voor geavanceerde mobiele telefoons en bijbehorende chips tegenwerkt. Dit laatste bedrijf zou dit doen door zijn belofte niet na te komen om zijn patentlicenties voor bepaalde sleuteltechnologieën tegen een 'eerlijke, redelijke en niet-discriminerende' prijs te verkopen aan zijn concurrenten. Volgens de aanklager zou Qualcomm daarentegen door middel van kortingen op royalty's en andere technieken zichzelf buitensporig voordelig in de chipmarkt positioneren.
De rechter heeft nu alleen aangegeven het niet eens te zijn met deze beweringen. Zoals te verwachten uit Qualcomm zich lovend over de beslissing. 'We zijn zeer tevreden en voldaan met de zeer grondige en diepzinnige opinie van de rechtbank', aldus een gelukkige vice-president van het bedrijf. In tegenstelling daarop is vice-president van Broadcoms pr-afdeling minder gelukkig met het vonnis. 'We zijn het eerbiedig oneens met de uitspraak van de rechtbank en we zullen daarom alsnog de zaak in de Verenigde Staten en daarbuiten een vervolg geven.'