Als het aan de onderzoekers van de New South Wales universiteit ligt, dan wordt er aan het einde van 2006 een protocol geïntroduceerd dat specifiek bedoeld is voor het gebruik van draadloos internet in het openbaar vervoer. Het protocol, OCEAN (On-board Communication Entertainment and Information) genaamd, wordt ingebouwd in routers die zich bijvoorbeeld in treinen en bussen bevinden. De routers fungeren als doorgang voor gebruikers naar het internet of direct naar andere gebruikers. Door routers in verschillende voertuigen onderling informatie te laten doorgeven, kan de totale hoeveelheid data die het mobiele netwerk van het internet opvraagt beperkt blijven. Hierdoor zouden de kosten voor het gebruik laag blijven, zodat de vervoersbedrijven het internet als een extra service kunnen aanbieden. Ook zou volgens de onderzoekers de korte afstand tussen de gebruikers en de router zorgen voor minder batterijverbruik, aangezien het signaal van en naar de draadloze netwerkkaart niet ver hoeft te reizen.
De snelheid van het netwerk via de mobiele routers is afhankelijk van de hoeveelheid andere openbare vervoersmiddelen waar mee gecommuniceerd kan worden. Bij voldoende doorgifte van informatie tussen de verschillende routers kunnen er snelheden van tientallen megabits per seconde bereikt worden. Wanneer een bus of trein zich buiten het bereik van andere vervoersmiddelen bevindt, dan kan deze alsnog via een gsm-protocollen zoals 3G communiceren met internet. OCEAN maakt daarnaast gebruik van intelligente datadistributie. Het protocol maakt namelijk een profiel van alle gebruikers wat betreft hun internetgebruik. Op basis hiervan wordt selectief data doorgegeven, zodat alleen relevante informatie de gebruiker bereikt. Ook kan het protocol zichzelf aanleren hoe en wanneer andere openbare vervoersmiddelen verschijnen, zodat het in zoveel mogelijk verkeerssituaties de verbinding met internet behoudt.