Het aantal Nederlanders dat slachtoffer werd van onlinecriminaliteit is in 2024 gestegen naar 2,4 miljoen mensen. Dat blijkt uit onderzoek van het CBS onder 33.000 respondenten. Het percentage slachtoffers steeg van 14,8 naar 15,7 procent.
Met name onlineoplichting en -fraude namen toe, zo blijkt uit het onderzoek. De grootste categorie vormt aankoopfraude, waar 7,2 procent van de ondervraagden mee te maken kreeg tegenover 5,6 procent in 2022. Het aantal slachtoffers van hacken daalde daarentegen van 4,6 naar 3,9 procent. Onlinebedreiging en -intimidatie bleef stabiel op 4,1 procent.
Jongeren tussen 15 en 25 jaar werden vaker getroffen dan 65-plussers, met respectievelijk 20 en 10 procent. Deze verschillen waren het grootst bij onlinebedreiging en -intimidatie. Geslacht en opleidingsniveau speelden geen aanzienlijke rol in de slachtofferkans, zo blijkt uit het onderzoek. Van de slachtoffers deed 48 procent melding bij een instantie of persoon. 18 procent ging naar de politie. Hacken werd het minst vaak gemeld met 12 procent.
37 procent van de slachtoffers zegt minder vertrouwen in mensen te hebben gekregen en 30 procent voelt zich minder veilig. Deze gevolgen waren het sterkst bij slachtoffers van onlinebedreiging en -intimidatie.