Het Nederlandse ministerie van Economische Zaken gaat onderzoek doen naar de risico's rondom de levering van 'kritieke grondstoffen' zoals lithium en kobalt. Het ministerie wil in kaart brengen hoe sterk Nederland afhankelijk is van andere landen rondom de levering daarvan.
Het Nederlands Materialen Observatorium, dat is opgezet op verzoek van het ministerie van EZ, gaat vanaf nu de toeleveringsketen van kritieke grondstoffen in de gaten houden. De organisatie doet dat in samenwerking met 'kennisinstellingen, buitenlandse observatoria en het bedrijfsleven'. Zo gaat het NMO onderzoeken op welke gebieden Nederland te afhankelijk is en of er alternatieven zijn om die afhankelijkheid te verminderen, bijvoorbeeld door de materialen af te nemen uit andere landen of ze waar mogelijk te hergebruiken.
Het NMO gaat onder andere analyses ontwikkelen, waarmee de leveringsrisico's per afzonderlijke grondstof beoordeeld kunnen worden. De nieuwe organisatie gaat ook bedrijven en de overheid waarschuwen als er verstoringen in de levering van bepaalde grondstoffen dreigen.
De oprichting van het NMO volgt op de Europese Critical Raw Materials Act, die de levering van kritieke grondstoffen binnen de EU moet veiligstellen. De Europese Unie heeft een lijst met 34 verschillende kritieke grondstoffen, waarvan er 17 als 'strategisch' zijn aangemerkt. Deze grondstoffen zijn 'van groot economisch belang', schrijft de Rijksoverheid. Het gaat onder andere om materialen als lithium, kobalt en gallium.
Dergelijke grondstoffen worden bijvoorbeeld gebruikt in smartphones, zonnepanelen en EV's en zijn volgens de de Rijksoverheid 'essentieel voor onze economie en welvaart'. "Voor sommige kritieke grondstoffen zijn we momenteel afhankelijk van landen van buiten Europa die 90 procent van de wereldproductie bezitten", schrijft minister Dirk Beljaarts van Economische Zaken.
Voor 2030 is de Europese Unie daarom voornemens om 10 procent van de Europese consumptie van deze grondstoffen binnen de EU te winnen. 40 procent van de totale consumptie moet binnen de EU geraffineerd worden en 25 procent moet binnen Europa gerecycled worden. Geen enkele EU-lidstaat mag daarnaast voor meer dan 65 procent afhankelijk zijn van een enkel land voor de toelevering van een strategische grondstof. Het NMO moet in Nederland invulling geven aan die doelstellingen.
Het Nederlands Materialen Observatorium is op woensdag 12 februari officieel geopend. De organisatie wordt uitgevoerd door de Geologische Dienst Nederland, die onderdeel is van de onafhankelijke onderzoeksorganisatie TNO.
:strip_exif()/i/2007253418.jpeg?f=imagenormal)