IBM heeft de volgende generatie van zijn Telum-processor onthuld, samen met een nieuwe AI-accelerator genaamd Spyre. De technologieën zijn gericht op het verbeteren van de prestaties van IBM Z-mainframes, met name op het gebied van AI en grote taalmodellen.
De Telum II-processor beschikt volgens IBM over acht cores die draaien op 5,5GHz, met een toename in cachecapaciteit van 40 procent ten opzichte van zijn voorganger. Per core is er 36MB L2-cache beschikbaar, wat resulteert in een totale on-chipcache van 360MB. De virtuele level-4-cache is gegroeid tot 2,88GB per processorlade. De geïntegreerde AI-versneller biedt vier keer zoveel rekenkracht als bij de eerste Telum-processor. Een andere toevoeging is de geïntegreerde data processing unit, die de verwerking van input en output moet versnellen en vereenvoudigen.
Naast de Telum II introduceert IBM de Spyre-accelerator, een PCIe-kaart speciaal ontworpen voor complexe AI-modellen. Deze kaart kan tot 1TB geheugen bevatten en verbruikt maximaal 75W. De Spyre-accelerator kan met acht kaarten samenwerken in een standaard I/O-lade. Elke Spyre-chip bevat 32 rekenkernen die verschillende dataformaten ondersteunen.
IBM mikt met deze nieuwe hardware op toepassingen als fraudedetectie, antiwitwaspraktijken en AI-assistenten. De combinatie van Telum II en Spyre moet leiden tot verbeterde prestaties bij zowel traditionele als nieuwe AI-modellen. Naar verwachting komen de Telum II-processor en de Spyre-accelerator in 2025 beschikbaar voor klanten met IBM Z- en LinuxONE-systemen.