Er is opnieuw een koelvloeistoflek gevonden in een Russische ruimtevaartuig. Het gaat om een Progress 82-vrachtschip dat aan het ISS was aangemeerd. De oorzaak van het lek wordt volgens NASA nog onderzocht. De crew in het station loopt naar verluidt geen gevaar.
Door de drukverlaging in het koelvloeistofsysteem moest de luchtsluis naar het schip worden gesloten, waardoor de Progress 82 geïsoleerd is van het totale volume van het ISS, aldus de Russische ruimtevaartorganisatie Roscosmos. Volgens NASA heeft dit lek geen gevolgen voor de verdere ruimteoperaties en zijn de temperatuur en druk aan boord van het ISS op normaal niveau. Ook de aansluiting van de Progress 83 aan het ISS kon enkele uren later gewoon volgens planning plaatsvinden.
Het is de bedoeling dat het Progress 82-vrachtschip, ook wel de Progress MS-21 genoemd, op 17 februari het ruimtestation gaat verlaten. Of dit lek zal zorgen voor vertraging van die plannen is onduidelijk. Het vrachtschip, dat vol zit met afval, zal dan opbranden in de atmosfeer van de aarde en belandt daarna in de Grote Oceaan. Het is dan dus niet meer mogelijk om het lek verder te onderzoeken.
In december vond er ook al een lek plaats in een Russisch ruimtevaartuig. Toen ging het om een lek in het koelcircuit aan de buitenkant van de Sojoez MS-22-capsule. Hierdoor werd een geplande ruimtewandeling van twee Russische kosmonauten gestaakt en zaten ze gestrand in het ruimtestation. Het is de bedoeling dat ze eind februari worden opgehaald.
Er werd door Roscosmos toentertijd gezegd dat het Sojoez-lek het gevolg was van een micrometeoriet. Door dit soortgelijke lek wordt die bewering door enkele deskundigen nu in twijfel getrokken. Jonathan McDowell, astrofysicus bij het Harvard-Smithsonian Center for Astrophysics, vermoedt dat kwaliteitsproblemen de werkelijke oorzaak zijn. Ook Eric Berger van ArsTechnica twijfelt of het geen productiefout was, onder meer omdat Rusland nooit foto's van de impact naar buiten heeft gebracht.