De Raad van State heeft in een door burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom aangespannen zaak geoordeeld dat de minister van Binnenlandse Zaken opnieuw moet motiveren waarom de tapstatistieken van 2002 tot 2013 niet gepubliceerd kunnen worden.
De Raad van State schrijft in zijn uitspraak dat de minister, destijds nog Ronald Plasterk, zich op het standpunt stelde dat het publiceren van de tapstatistieken een risico met zich meebrengt voor de nationale veiligheid. Toch moet de minister van Binnenlandse Zaken, nu Kajsa Ollongren, het besluit opnieuw nemen en daarbij de huidige uitspraak in acht nemen.
Dat komt omdat dat de minister geen bezwaar had dat er in een CTIVD-rapport te lezen was dat de AIVD tussen 2014 en 2015 ongeveer 19 procent meer taps heeft uitgevoerd dan tussen 2012 en 2013. De minister kon deze informatie uit het rapport schrappen, maar deed dit niet. Volgens de Raad van State is het 'niet zonder meer begrijpelijk' waarom de minister zich dan op het standpunt stelde dat er een risico voor de nationale veiligheid bestaat.
Daar komt bij dat Bits of Freedom volgens de rechter terecht heeft aangevoerd dat de minister in 2010 heeft gezegd dat buurlanden geen tapstatistieken publiceren en als dat wel zou gebeuren dat ook in Nederland zou kunnen. Intussen doen omliggende landen dat wel, zoals België, Duitsland en Engeland en kon de minister geen voorbeelden geven van landen die dat niet doen. Volgens de rechter is het niet van belang dat er in 2010 een ander persoon minister was dan in 2016, toen een eerder besluit werd gehandhaafd het verzoek van Bits of Freedom te weigeren.
Dat besluit moet de minister nu opnieuw nemen en daarbij in aanmerking nemen dat buurlanden nu wel tapstatistieken publiceren en dat in een eerder CTIVD-rapport wel de groei in het aantal taps mocht worden genoemd. Eerder publiceerde Bits of Freedom al de tapstatistieken van 1984 tot 2001, die de organisatie verkreeg via een Wob-verzoek. Het hoogste aantal taps deed zich in 1998 voor met 795.