Belgische inlichtingendiensten hebben in 2013 vaker gegevens afgetapt dan in de jaren ervoor; de stijging bedroeg zo'n 13 procent. Dat blijkt uit de tapstatistieken die openbaar zijn gemaakt door het bestuursorgaan dat de veiligheidsdiensten controleert.
Het aantal taps van Belgische veiligheidsdiensten komt uit op 1378, schrijft het Vast Comité voor Toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, ook wel 'Comité I' genoemd, in zijn jaarrapport, waarover Mo.be als eerste berichtte. Dat is een stijging van 22 procent ten opzichte van 2012, maar toen daalde het aantal taps juist met 7 procent ten opzichte van het jaar daarvoor.
De Belgische inlichtingendiensten, Staatsveiligheid en de ADIV, maken het vaakst gebruik van het opvragen van accountgegevens of toegang tot datasets bij providers als methode om inlichtingen in te winnen. Ook het opvragen van locatiegegevens van vooral mobieltjes is een veel gebruikte methode.
De diensten zeggen de inlichtingen vooral te willen hebben vanwege de dreiging van terrorisme, hoewel ook spionage en contraspionage veelgenoemde redenen zijn. Het bestrijden van criminaliteit is maar zelden een reden voor de inlichtingendiensten om gegevens af te tappen.
De Belgische overheid maakt al jaren de tapstatistieken van zijn inlichtingendiensten openbaar. De Nederlandse overheid doet dat niet; volgens een Nederlandse rechtbank zou dat de werkwijze van de geheime diensten kunnen ondermijnen.