Het Bundeskartellamt laat weten dat het is begonnen met een onderzoek naar Facebook, omdat de toezichthouder vermoedt dat het bedrijf zijn dominante marktpositie misbruikt. Dit zou het bedrijf doen door met zijn gebruiksvoorwaarden privacywetgeving te schenden.
De Duitse toezichthouder geeft aan dat niet elke onrechtmatige gedraging van een dominante onderneming aanleiding is voor een onderzoek. In het geval van Facebook zou er echter een verband kunnen bestaan tussen de dominante positie in de markt en de toepassing van onrechtmatige gebruiksvoorwaarden, die wellicht onredelijk en oneerlijk zijn tegenover consumenten. Voor gebruikers zou het moeilijk zijn om te schatten met welke voorwaarden ze precies instemmen als ze een Facebook-account aanmaken.
De voorzitter van het Bundeskartellamt, Andreas Mundt, stelt dat dominante bedrijven bijzondere plichten hebben als het gaat om passende gebruiksvoorwaarden die relevant zijn voor de markt. Facebook is in staat door het verzamelen van persoonsgegevens gerichte advertenties aan gebruikers te tonen en haalt daar dan ook zijn inkomsten uit. In dat geval zou het des te belangrijker zijn dat gebruikers precies weten waarmee ze instemmen. Als er een verband bestaat tussen het schenden van privacywetgeving door onrechtmatige voorwaarden en een dominante positie op de markt van sociale netwerken, kan dat inhouden dat mededingingswetgeving wordt overtreden.
In januari sprak eurocommissaris Margrethe Vestager al de waarschuwing uit dat het verzamelen van persoonsgegevens in strijd kan zijn met het mededingingsrecht. De Duitse toezichthouder lijkt deze waarschuwing nu ook daadwerkelijk om te zetten in een onderzoek. Het is de vraag of toezichthouders van andere lidstaten het Duitse voorbeeld zullen volgen. Een geldboete voor overtreding van het Europese mededingingsrecht kan in sommige gevallen oplopen tot tien procent van de jaaromzet van een onderneming.