Op 10 december 1993 verscheen Doom, de shooter van id Software waarmee hele volksstammen kennismaakten met het verschijnsel first person shooter en met het spelen tegen anderen via een netwerk. Beide zijn inmiddels uitgegroeid tot vaste waarden binnen de gamewereld.
Doom was niet de eerste first person shooter die op de markt verscheen. Alleen al Doom-ontwikkelaar id Software had er vier op zijn naam staan. Doom was ook niet de eerste game die via een netwerk in multiplayer te spelen was. Toch kan de impact van Doom niet onderschat worden, want toen de game op 10 december 1993 op de markt verscheen, ontstond een hype die flinke impact zou hebben, vooral op grote bedrijven en universiteiten. Binnen enkele uren nadat de game beschikbaar was, liep op enkele Amerikaanse universiteiten het netwerk vast doordat er massaal Doom gespeeld werd. Op veel bedrijven gebeurde hetzelfde. Overal waar computers in een netwerk opgenomen waren, werd Doom gespeeld, mits die computers uitgerust waren met MS-DOS, het besturingssysteem waar de game op draaide. Waar spelers geen beschikking hadden over een bedrijfsnetwerk, sleepten ze computers naar elkaars huis, om daar een netwerk aan te leggen. Voor miljoenen gamers was Doom de eerste kennismaking met zowel het genre als de manier van spelen.
Een ander aspect dat Doom niet alleen populair maakte, maar het vooral nog erg lang populair zou houden, was de optie om zelf mods te maken voor de game. Er verschenen al snel tientallen door spelers gemaakte maps voor de game, aangevuld met andere mods, die soms compleet nieuwe spelvormen aan de game toevoegden. De game maakte daarvoor gebruik van wad-files, waarin grafische bestanden, audio en ook de plattegrond van de levels opgeslagen werden. Het voordeel was dat die bestanden daarmee gescheiden bleven van de engine, en dus aangepast konden worden zonder dat er aan de code van de engine gesleuteld hoefde te worden. Het resultaat daarvan was ook dat id Software de engine van de game makkelijk aan andere ontwikkelaars beschikbaar kon stellen, een praktijk die sindsdien populair is geworden en zou leiden tot moderne engines als de Unreal Engine, CryEngine en Frostbite Engine.
Doom zou leiden tot een hele serie navolgers, al snel aangeduid als Doom-clones. Het zou het fps-genre populair maken en de driedimensionale spelwereld tot standaard bombarderen. Tot dan toe voerden tweedimensionale sidescrollers de boventoon. In Doom werd bovendien voor het eerst de term deathmatch gebruikt, verzonnen door John Romero, de belangrijkste leveldesigner van de game.
Doom zou nog lang populair blijven. Eind 1995, toen Windows 95 al enkele maanden op de markt was, werd geschat dat Doom nog steeds op meer computers geïnstalleerd was dan het nieuwe besturingssysteem. Voor Bill Gates reden om de game te willen porten naar het nieuwe os. Het team dat binnen Microsoft verantwoordelijk was voor de omzetting van MS-DOS naar Windows, stond onder leiding van Gabe Newell, die een paar jaar later Microsoft zou verlaten om Valve te starten.
De rechten op Doom liggen nog steeds bij id Software, dat in 2016 een gelijknamige opvolger afleverde. De studio is sinds 2009 eigendom van Bethesda. Geen van de sleutelspelers in de ontwikkeling van Doom werkt nog bij id Software. Programmeur John Carmack werkt bij Oculus aan vr-brillen. John Romero heeft een eigen studio en laat weten dat hij op 10 december, ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van Doom, een nieuwe game aan gaat kondigen. Artist Adrian Carmack, geen familie van John, werkt bij Romero's game-bedrijf. Game designer Tom Hall werkt bij ontwikkelaar PlayFirst en Jay Wilbur, de zakelijk man van id Software, vervult die rol nu bij concurrent Epic Games.