Door Willem de Moor

Redacteur

Hoe gaan we behuizingen reviewen?

Naar een nieuwe testmethode

05-07-2021 • 06:00

116

Multipage-opmaak

Inleiding: nieuwe testmethode

Behuizingen testen we al lange tijd bij Tweakers en in de loop der tijd hebben we diverse testmethodes gehanteerd. Zo hebben we in het verleden systemen ingebouwd, en de cpu en gpu met respectievelijk Prime95 en Furmark belast. Recenter hebben we een systeem-analogue gebruikt waarbij de cpu en gpu met behulp van vermogensweerstanden gesimuleerd werden.

Over die oudere testmethode waren we niet tevreden, omdat het testsysteem niet altijd volledig reproduceerbare resultaten gaf: Windows en software interacteren niet altijd honderd procent voorspelbaar met hardware, reden om over te stappen op gesimuleerde hardware met vermogensweerstanden.

Ook die testmethode is niet volledig realistisch. We weten weliswaar exact hoeveel vermogen we de behuizing in pompen, maar met enkel vermogensweerstanden om de cpu en gpu te simuleren, en een vrij beperkt aantal temperatuursensoren, geeft dat nog geen volledig beeld van de karakteristieken van de behuizing. Bovendien lieten we de ventilators op vaste spanningen van 7 en 12V draaien, en was het totaalvermogen dat we konden genereren, niet representatief voor moderne systemen.

Daarom hebben we gewerkt aan een nieuwe testmethode voor behuizingen, waarbij we bovenstaande punten verbeteren en geprobeerd hebben de verzoeken van de community te honoreren. Daaruit is een uitgebreide, nieuwe testmethode ontstaan, die we in deze testreview met jullie willen toetsen.

Behujizingen-testopstelling

De nieuwe testmethode

Allereerst hebben we ons kunstmatige inbouwsysteem, een analogue van een echt systeem zo je wilt, op de schop genomen. Daartoe hebben we enkele pcb's ontworpen en met vermogensweerstanden bevolkt, zodat we niet alleen een 'moederbord' inclusief pch hebben met een processor met instelbaar vermogen, maar ook een videokaart met instelbaar vermogen, een M.2-ssd, een chipset, twee geheugenmodules en een vrm, allemaal met instelbare vermogens. Al die componenten hebben temperatuursensoren gekregen en in de behuizing plaatsen we nog eens drie in plaats van één sensor, zodat we de behuizingtemperatuur fijnmaziger kunnen meten.

Pcb's testsysteem

Daarmee hebben we componenten gebouwd die zich als echte pc-componenten gedragen. Zo heeft de ssd een Alphacool-heatsink, de HDX Pro Air, gekregen en is de videokaart voor het high-end systeem niet rond een aftermarketkoeler, maar op basis van een ASUS Strix RTX 3090-koeler gebouwd. Voor het basissysteem hebben we de koeler van een ASUS 580 Strix opgeofferd. De processorkoeler is een Noctua U12A, zodat we ook daar een realistische opstelling nabootsen. Voor het kantoorsysteem kozen we voor de compactere L9X van Noctua, zodat de opstelling ook in kleinere kasten past. Voor de vrm hebben we, net als bij een echt moederbord, voor twee haaks op elkaar gemonteerde rijen warmte-elementen gekozen, uiteraard ook weer met een heatsink. De chipset of pch heeft een actief gekoelde heatsink en ook de twee 'ddr4-modules' zijn van heatsinks voorzien.

Pcb's testsystemenPcb's testsystemen

De vermogensweerstanden zijn gemonteerd op zelfontworpen pcb's, die de afmetingen van reguliere componenten hebben. We gebruiken 45W-weerstanden van Nikkohm, waarbij we met labvoedingen de spanning variëren om het gewenste vermogen te genereren. De ssd en geheugenmodules hebben ieder twee van dergelijke weerstanden, de videokaart heeft er twintig, de vrm heeft twee rijen van vijf weerstanden, de pch heeft er een. De processor ten slotte heeft, omwille van de energiedichtheid, twee 140W-weerstanden onder een heatspreader van een Intel lga2066-processor, die we netjes in een bracket monteren.

Bouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteemBouw behuizingen-testsysteem

De bouw: (van boven naar onder, van links naar rechts) de cpu met twee 100W-modules, de ssd met een enkele warmte-weerstand en een ddr4-module met twee weerstanden, chipset met een enkele weerstand, onderdelen gemonteerd op het moederbord, installatie van vrm-modules, de midrange- en high-end videokaarten en het systeem met koeler gemonteerd en in een behuizing. Bij die laatste foto zijn de drie sensors om de temperatuur in de behuizing te meten (voor de cpu-koeler, achter de cpu-koeler en boven de gpu) te herkennen aan de gele plastic voetjes waarmee ze gemonteerd zijn.

Om temperaturen te registreren, maken we gebruik van thermocouples die we met Tinkerforge-bricks uitlezen. De sensors zijn op de warmteproducerende posities geplakt, op de vermogensweerstanden dus.

TinkerForge-sensormodule

We hebben op deze manier drie systemen gesimuleerd: een high-end systeem, een basis-pc en een kantoor-pc. We testen waar mogelijk alle drie de systemen in alle behuizingen, zodat we diverse gebruiksscenario's voor een behuizing kunnen beoordelen. Uiteraard zal de grote videokaart in veel ITX-kasten niet passen. In dat soort gevallen beperken we ons tot het kantoorsysteem.

De airflow kunnen we niet direct meten. We hebben gekeken of dat met flowsensors valt op te lossen, maar dat is niet realistisch. Daarom beoordelen we de airflow op basis van de koeleigenschappen van de behuizing, waarbij we veel meer meetpunten dan voorheen loggen.

Vermogens en systemen

Alle vermogensweerstanden in cpu, gpu, vrm, ssd en geheugen kunnen we instellen op gewenste vermogens, zodat we diverse systemen kunnen nabootsen. We hebben gekozen voor een high-end systeem met een 200W-cpu en een 350W-gpu, een basis-pc met een cpu van 100W en een gpu van 150W, en een kantoor-pc met een cpu van 65W en geen losse gpu. In het laatste geval zetten we de vrm- en chipsetvermogens op respectievelijk 7,5 en 5W. Bij de andere twee configuraties bedragen die vermogens beide 10W. Het geheugen stellen we in op 5W en de M.2-ssd op 2,5W.

Behuizingen testopstellingBehuizingen testopstellingBehuizingen testopstellingBehuizingen testopstelling

Van links naar rechts: het high-end systeem (annex basissysteem), het kantoorsysteem, de 3090-kaart en de 580-kaart.

Systeem High-end pc Basis-pc Kantoor-pc
Processorvermogen 200W 100W 65W
Processorkoeler Noctua U12A Noctua U12A Noctua L9X
Videokaartvermogen 350W 150W 0W
Videokaartkoeler ASUS Strix 3090 ASUS Strix 2060 geen
Vrm 10W 10W 7,5W
Chipset / pch 10W 10W 5W
Geheugen 5W 5W 5W
M.2-ssd 2,5W 2,5W 2,5W
Totaalvermogen 577,5W 277,5W 85W

temperatuursensoren

Alle componenten in de tabel hierboven krijgen een of meer temperatuursensoren, zodat we van alle onderdelen de temperatuur weten en kunnen zien hoe koel ze gehouden worden. De cpu en gpu krijgen ieder een eigen temperatuursensor onder hun heatsink, en de vrm krijgt twee sensors. Elke geheugenmodule krijgt een eigen sensor, en ook de chipset en de ssd hebben hun sensor. Voor de temperatuur in de behuizing hebben we drie meetpunten: een voor de cpu-koeler, een erachter, en een derde boven de gpu. Uiteraard meten we ook de omgevingstemperatuur buiten de kast, zodat we de temperaturen kunnen normaliseren naar 20°C.

Sensors:

  • Omgeving
  • Behuizing 1 (vóór cpu-koeler)
  • Behuizing 2 (achter cpu-koeler)
  • Behuizing 3 (boven videokaart)
  • Cpu (in processorheatsink)
  • Gpu (in gpu-heatsink)
  • Vrm 1
  • Vrm 2
  • Chipset/pch
  • Ddr1
  • Ddr2
  • M.2-ssd

Koeling

Een van de grootste pijnpunten bij de vorige testmethode was de manier waarop we de koeling en geluidsproductie maten. Daarom voeren we onze metingen niet langer alleen met de stock meegeleverde ventilators uit, maar bouwen we ook eigen fans in. Daarvoor gebruiken we maximaal vier Noctua A12x25 PWM-ventilators. In het high-end systeem bouwen we drie ventilators aan de voorkant in en de vierde aan de achterkant, bij het basissysteem halen we er voorin een weg en voor het kantoorsysteem laten we alleen de uitlaat aan de achterkant zitten.

We testen de warmteontwikkeling in de behuizingen met de meegeleverde ventilators met een voedingsspanning van 12 en 7V. Met de Noctua-ventilators testen we op 12V en daarnaast stellen we de casefans in zodat we vaste geluidsniveaus bereiken. Voor het high-end systeem stellen we ze in op 35 en 40dB(A), voor het basissysteem kiezen we 35 en 30dB(A) en voor het kantoorsysteem enkel 30dB(A). De geluidsmetingen vinden plaats in onze nieuwe geluidsarme ruimte, waar we een omgevingsgeluid van 17dB(A) meten met onze Brüel & Kjær 2238-geluidsdrukmeter op 50cm afstand. We hebben voor die afstand gekozen na enkele tests met 20cm en 1m, waarbij we moesten concluderen dat de gemeten geluidsniveaus bij die laatste afstand te dicht bij elkaar liggen om verschillen duidelijk inzichtelijk te maken.

Testoverzicht High-end pc Basis-pc Kantoor-pc
Stockfans Casefans 12V Casefans 12V Casefans 12V
Casefans 7V Casefans 7V Casefans 7V
Noctua A12x25 PWM-fans Casefans 12V
(4 fans)
Casefans 12V
(3 fans)
Casefans 12V
(1 fan)
x 30dB(A)-test
(3 fans)
30dB(A)-test
(1 fan)
35dB(A)-test
(4 fans)
35dB(A)-test
(3 fans)
x
40dB(A)-test
(4 fans)
x x

Bij al deze scenario's meten we de temperaturen van alle twaalf sensors met behulp van TinkerForge-software. We noteren daarbij de maximaal gemeten temperatuur tijdens een test van 30 minuten en we noteren het 95e percentiel als gemiddelde waarde. We testen elke configuratie dus gedurende 30 minuten en laten het systeem steeds tussendoor 15 minuten afkoelen. Dat alles leidt voor een enkele behuizing tot een testprocedure die pakweg twee dagen duurt en 175 benchmarks oplevert.

Geluidsdruk

De geluidsmetingen voeren we zoals gezegd uit met de behuizingen in hun stockconfiguratie, waarbij we de meegeleverde casefans met 12 en 7V aansturen om zo hun draaisnelheid aan te passen.

Vervolgens voeren we de geluidsmetingen uit met de Noctua-fans gemonteerd in plaats van de stockventilators. Dat doen we in drie configuraties. Daarbij testen we de Noctua-ventilators op vol vermogen, ofwel 12V. Vervolgens passen we de voeding van de ventilators zodanig aan dat we onze streefgeluidsniveaus van 40, 35 of 30dB(A) bereiken. Hoe hoger de spanning in de grafieken, hoe harder de ventilators dus kunnen draaien en hoe beter de kast het geluid dempt. Een hoge spanning is daarom beter dan een lage spanning. Een ventilator die harder draait, verplaatst immers meer lucht en koelt dan beter.

De Enthoo Pro II wordt zonder ventilators geleverd, dus ontbreekt die in de grafiek met resultaten van stockfans. Dit is ook een van de redenen om ervoor te kiezen de behuizingen met zowel de stockfanconfiguratie als met de Noctua-fans te testen. Zo kunnen we ook behuizingen die zonder ventilators, zoals ook bijvoorbeeld de PC-011 van Lian Li, eerlijk vergelijken met andere behuizingen.

In dit voorbeeld zien we dat de P82 met de stockventilators op zowel 12 als 7V behoorlijk meer geluid produceert dan de Corsair en Fractal-behuizingen.

We verwachtten geen enorme verschillen als we identieke ventilators met 12V aansturen en voor de P82, Enthoo Pri II en 5000X gaat dat ook aardig op. De Meshify 2 Compact maakt echter aanzienlijk meer geluid en lijkt wat te resoneren met de frontventilators. Pas als we het aantal ventilators beperken tot de enkele achterop, is de behuizing wat stiller, maar nog steeds beduidend luider dan de andere drie.

Om 35dB(A) aan geluidsdruk te krijgen, mogen we de vier ventilators op ongeveer 9V aansturen, behalve in de Fractal. Daar moet de ventilator een stuk langzamer draaien, in lijn met wat we bij de 12V-metingen zagen. Ook om 40dB(A) vast te houden, moet de Meshify weer een stuk verder ingetoomd worden dan bij de overige kasten en om 30dB(A) aan te tikken in het basissysteem, moet de spanning op de helft van de nominale spanning ingesteld worden. Als de ventilator alleen aan de achterkant zit, mag in alle gevallen de draaisnelheid iets omhoog natuurlijk.

Om gevallen als de Meshify 2 Compact wat inzichtelijker te maken, hebben we geëxperimenteerd met geluidsopnamen, zodat je kunt horen hoe een kast klinkt. Dat zegt wellicht wat meer dan een droge decibelwaarde. We wachten nog op de levering van een goede meetmicrofoon om dergelijke opnames correct te kunnen maken. Ter illustratie hebben we voorlopig een enkel audiobestandje hieronder geplaatst.

Behuizing met stockfans Geluidsopname*
Corsair 5000X
Fractal Design Era-ITX
Fractal Design Meshify 2 Compact
Cooler Master NR200P
Antec P82 Flow

*Enkel ter illustratie. Deze geluidsfragmenten zijn met een telefoon opgenomen.

High-end systeem

Als eerste kijken we naar de temperaturen in de behuizingen met het testsysteem geconfigureerd als high-end systeem. Dat doen we met de eigen, meegeleverde casefans op 7 en 12V, en met de Noctua-casefans ingesteld op vol vermogen, aangegeven met 12V, en met de spanning op de casefans ingesteld, zodat we een geluidsdruk van 40 en 35dB(A) meten.

  • Temperaturen voor de cpu-koeler
  • Temperaturen achter de cpu-koeler
  • Temperaturen boven de gpu

  • Processortemperatuur
  • Videokaarttemperatuur
  • Chipsettemperatuur
  • Ssd-temperatuur

  • DDR4_1-temperatuur
  • DDR4_2-temperatuur
  • VRM_1-temperatuur
  • VRM_2-temperatuur

Basissysteem

Voor het basissysteem verminderen we het vermogen van de cpu, en bouwen we de kleinere gpu in, die we ook met minder vermogen voeden. De overige onderdelen en hun vermogens passen we niet aan. Voor de test met onze eigen fans bouwen we drie fans in: twee voor en een derde achter.

  • Temperaturen voor de cpu-koeler
  • Temperaturen achter de cpu-koeler
  • Temperaturen boven de gpu

  • Processortemperatuur
  • Videokaarttemperatuur
  • Chipsettemperatuur
  • Ssd-temperatuur

  • DDR4_1-temperatuur
  • DDR4_2-temperatuur
  • VRM_1-temperatuur
  • VRM_2-temperatuur

Kantoor-pc

Voor het kantoorsysteem verlagen we het vermogen van niet alleen de cpu, maar ook van de vrm en pch. Bovendien laten we een losse videokaart achterwege: we gaan er vanuit dat een dergelijk systeem op een igp werkt. We houden - naast de standaardconfiguratie van de fabrikant - nog maar twee Noctua-fans in het systeem: één voorin en één achterin.

  • Temperaturen voor de cpu-koeler
  • Temperaturen achter de cpu-koeler
  • Temperaturen boven de gpu

  • Processortemperatuur
  • Chipsettemperatuur
  • Ssd-temperatuur

  • DDR4_1-temperatuur
  • DDR4_2-temperatuur
  • VRM_1-temperatuur
  • VRM_2-temperatuur

Tot slot

We hebben deze review niet gepubliceerd om de resultaten van de geteste kasten met jullie te delen, maar om jullie te informeren over de nieuwe testmethode en om feedback te verzamelen. We hebben geprobeerd jullie feedback op onze vorige testmethode in deze nieuwe testmethode te verwerken, en rekening te houden met jullie wensen en verbetersuggesties.

We denken dat we met deze nieuwe methode een gedegen test ontwikkeld hebben om behuizingen te testen, waarbij we enerzijds niet afhankelijk zijn van variatie in systeemcomponenten, maar anderzijds wel een zo realistisch mogelijk beeld van temperaturen in een behuizing kunnen geven. Door gesimuleerde componenten te gebruiken nemen we onzekerheid weg, maar zijn de resultaten goed vertaalbaar naar een echte situatie.

We gebruiken meegeleverde stockfans, maar vergelijken ook met zelfgeïnstalleerde ventilators, in dit geval van Noctua. Daardoor kunnen we niet alleen eerlijker vergelijken, maar kunnen we ook kasten die zonder ventilators worden geleverd, beter testen. Dat, in combinatie met de warmteontwikkeling met gefixeerde geluidsniveaus, moet volgens ons een objectieve vergelijking tussen prestaties van behuizingen nog beter mogelijk maken.

In onze testresultaten zien we de verwachte temperaturen terug: de temperaturen zijn met de stock-fans op 12V consistent lager dan op 7V, de resultaten met de Noctua-fans laten betere koeling zien op 12V dan met gefixeerde geluidsproductie en dankzij het gebruik van die aftermarket-fans kunnen we ook appels met appels vergelijken.

Uiteraard blijven ook aspecten als inbouwmogelijkheden, bouwkwaliteit en andere eigenschappen van behuizingen meewegen in reviews, maar voor deze testreview willen we ons richten op de meetbare gegevens. We horen jullie feedback graag!

Reacties (116)

Sorteer op:

Weergave:

Ik zit te kijken naar de thermocouples stekkers en vraag me af of de juiste stekkers zijn gebruikt?
Je kan enkele graden afwijking krijgen door alleen de verkeerde stekker te gebruiken.

Ik ga ervan uit dat alle gebruikte thermocouples van het k-type zijn. Deze zijn te herkennen aan de gele of groene kleur. De kleur is afhankelijk van de norm die de fabrikant heeft aangehouden. De blauwe stekkers zijn volgens ANSI norm voor T-type.

Voor het meten met thermocouples is het aan te raden om zo min mogelijk overgangen/stekkers te gebruiken. Je kan snel enkele tienden van een graad afwijking krijgen.
Ik kan je verzekeren dat de juiste connectoren zijn gebruikt :). De blauwe stekkers zijn volgens de JIS colour code.

Goed punt mbt de overgangen, wij gebruiken 2 overgangen : 1 van het mobo naar de kabel, en 1 van de kabel naar de tinkerforge.
JIS colourcode. Het leuke van standaarden is dat je uit vele kan kiezen. Deze kende ik nog niet.
De T koppels gaan van -270 - 400 graden C, dat lijkt me meer dan voldoende voor het beoogd gebruik. K koppels gaan veel hoger.

De gebruikte Tinkerforge bricks worden standaard geleverd met K koppel interface. Als je dan inderdaad T koppels gaat gebruiken gaat je hele meting mank.

De vraag aan de auteur @willemdemoor is dan ook, welke koppels worden toegepast, welk contact is aanwezig op de tinkerforge brick, welke stekker is toegepast op het koppel en connector?
Wordt er gebruik gemaakt van compensatiekabel tussen Tinkerbrick en connector en zo ja, is deze van hetzelfde materiaal als het gebruikte koppel?

Op welke wijze wordt de temperatuur in de kast gemeten? IS dit middels dezelfde soort koppels of is er een ander type koppel (omhuld) gebruikt om afkoeling van het koppel door de luchtstroom te voorkomen?

Hoe wordt de meetopstelling gevalideerd? Kortom, hoe stellen jullie vast dat wat je meet, ook hetgeen is wat je verwacht en of dit in het bereik valt van wat je er van verwacht.

[Reactie gewijzigd door Looney11 op 22 juli 2024 16:13]

Ch3cker Teamlead Testlab @Looney115 juli 2021 12:26
Ik reageer even vanuit het testlab perspectief, gezien ik alle informatie heb qua gebruikte materialen.

Deze thermocouples worden gebruikt voor de meting in 'componenten'. We gebruiken voor deze testopstelling de K-type connectors voor alle connecties. Dus op de Tinkerforge, op de kabels en op het 'moederbord'. Wat bedoel je precies met 'compensatiekabel'?

De temperatuur in de kast wordt gemeten door deze thermocouples. Ik zie niet helemaal in hoe de luchtstroom de sensor zou afkoelen? Tenzij de sensor nat is, zou dit geen invloed moeten hebben. De sensor is ook niet omhuld, want anders ben je de sensor aan het isoleren van de luchtstroom, terwijl je juist die luchtstroom wilt meten.

De opstelling zoals deze nu is, is niet 1 op 1 te vergelijken met onze oude of enige andere opstelling. Wat dat betreft is het lastig om een validatie test te doen. Wel hebben we gekeken naar de verhoudingen tussen kasten met onze oude opstelling en andere opstellingen ter validatie, en dit komt overeen met wat je zou verwachten.
Copmpensatiekabel zijn kabels tussen connectoren (meetsysteem -> PCB) die bestaan uit nagenoeg dezelfde materialen als het koppel zelf. Het heeft dezelfde karakteristieken als het koppel zelf.
Het voordeel is dat je minder verliezen hebt naarmate je meer "bruggen" hebt tussen meetsysteem en thermokoppel.
Indien jullie het thermokoppeldraad zelf gebruiken tussen meetsysteem en connectoren is dat uiteraard ook goed.

V.w.b. de luchtstroom heb je gelijk, het koppel zelf zal geen opwarming produceren om zijn eigen meting te verstoren, daar zat ik fout.Alleen als je geen snellere temperatuurwisselingen wilt meten, is een ingepakte thermokoppel wenselijk.

Hoe bevestigen jullie de koppels op de componenten?
Ik betwijfel het ook of thermokoppels wel de juiste meet methode zijn. Deze worden veelal gebruikt voor hogere temperaturen en kunnen een grote afwijking hebben. Er zijn ook temperatuur metingen met bijvoorbeeld 4 draden zodat de afwijkingen in de kabels kunnen worden gecompenseerd.

Normaal gesproken (voor thuis gebruik) niet relevant maar dit is een test opstellingen waarmee je producten beoordeeld.
Inderdaad, met thermo koppels kan je tot 1000 graden of hoger meten. Maar ze hebben maar een nauwkeurigheid van +/- een graad. Pt100's of pt1000's zijn veel nauwkeuriger. Maar ook groter en hebben drie of vier draden nodig.

Maar de verschillen tussen bijvoorbeeld de fans zijn maar een paar graden. Dus dan is het wel belangrijk. Aangezien er toch al printplaatjes gemaakt zijn zou ik een temperatuur meet chip integreren op de printplaat.

[Reactie gewijzigd door Mr_gadget op 22 juli 2024 16:13]

Pt100's zijn nauwkeuriger in absolute zin, dus een kleine afwijking. Thermocouples staan bekend dat ze vaak een grotere afwijking hebben, maar die afwijking is wel constant. Je kunt met thermocouples dus prima de onderlinge resultaten vergelijken, want de afwijking tussen de metingen blijft nagenoeg constant.
Ch3cker Teamlead Testlab @frennek5 juli 2021 16:59
Het 'probleem' van de PT100 sensors die ik zie is dat ze voornamelijk nogal groot zijn. Dat zou voor de sensors die de temperatuur in de kast meten nog wel kunnen, maar een groot deel van de sensors zit in de componenten, vlak naast de weerstanden en dus bijv onder een heatspreader. Daarvoor zijn de PT100 sensors gewoon te groot denk ik..
Onze thermocouples (K-type idd) meten van -75 tot 250 graden celsius...
Zijn de koppels galvanisch geïsoleerd van het meetsysteem? Als de koppels ergens in aanraking staan met een - of + pool loop je de kans dat je metingen verstoord worden door aardlussen en andere ongein.
nee, dat zijn ze niet... enig idee welke invloed dat zou hebben? we zien iig geen gekke afwijkingen
Zolang de koppels geen contact maken met onder spanning staande delen, zal het zo'n vaart niet lopen. Mocht het wel zo zijn dat je gekke dingen ziet, is het nagaan van evnetueel contact tussen koppel en spanningsvoerend deel een optie. Later kun je deze dan isoleren en kijken of het gedrag normaliseerd.

In het geval van hoge spanningen, kan een aardlus er voor zorgen dat je je meetsysteem of voeding opblaast, dat zie ik bij deze testopstelling overigens niet snel gebeuren..

Hoe hebben jullie de thermokoppels op de componenten bevestigd?
De componenten zijn over het algemeen op een enkel spoortje voor de weerstandjes na) gewoon passieve pcb's, dus hoogspanning zal er niet zijn, en ze zitten met speciaal tape vast. Als we gekke dingen zien, gaan we wel investeren in galvanische isolators: die zijn er iig wel, dus goeie stok achter de deur: https://www.tinkerforge.c...ts/isolator-bricklet.html

Vooralsnog zie ik nog geen noodzaak om daarin te investeren
Gedurende mijn tijd als test engineer in de productveiligheid, was het niet toegestaan de thermokoppels met tape op het component te plakken. De reden was dat bij verhitting je niet zeker weet of de tape goed blijft zitten en je isoleert het koppel t.o.v. de buitenwereld.

Beter is het om een goede secondelijm te gebruiken, hiermee voorkom je bij zuinig gebruik, de isolerende werking. Wij gebruikten een lijm van Förch maar ik denk at je elke sneldrogende lijm wel kan gebruiken.

Koppel op het component drukken zodat het gelaste balletje goed contact maakt, druppeltje lijm er op, even wachten en klaar, daarna de kabel met tape vastzetten om het gelijmde deel te ondersteunen.
rsnubje Testlabcoördinator @Looney115 juli 2021 17:24
Hey Looney,
In de meeste gevallen wordt de koppel op het component gedrukt door de koelpad die daar nog bovenop zit, tussen de heatsink en het component.
Mooi, hopelijk werkt het goed!
Hoi Willem,
Het meetgebied voor een thermokoppel type K is -200 to +1260°C maar is vooral in het onderste gebied minder nauwkeurig ook als je het meetgebied beperkt.... het gaat om het meet Principe.

Zoals Mr_gadget ook al refereerde naar de PT100 4draads meet principe dit is veel nauwkeuriger vooral in het meetgebied waar jullie naar streven.
Mochten jullie toch voor een thermokoppel principe gaan dan moeten jullie een compensatie draad gebruiken om de omgevingstemperatuur te compenseren. Link

Ooh ja... Ik heb een meet en regel achtergrond.... en hier kennen we de uitspraak: Meten is weten als je weet wat je meet..
Wat we hier mee bedoelen is dat ook de thermokoppels of pt100 elementen moet laten voor calibreren zodat je weet wat de afwijking van het element is.

Verder trouwens een super aanpak.

Luchtflow is trouwens ook te meten volgens het Pitobuis principe mochten jullie dit toch als toegevoegde waarde achten.

[Reactie gewijzigd door sleijpie op 22 juli 2024 16:13]

De specsheet van onze thermocouples meldt -75 tot 250 graden celsius, ik neem aan dat TK's - afhankelijk van de twe gekozen metalen - een potentieel meetbereik hebben van -200 tot 1260 graden, maar niet de onze?
En die compensatiedraad... of ik snap het verkeerd, of het staat gek op wikipedia, maar daar staat dat de kabeltjes van de TK duur zijn en je voor de aansluitkabel een draadje gebruikt met dezelfde eigenschappen als in de TK? De aansluitkabels zitten bij ons iig al fabriekshalve vast...
En airflow, ja, ik had gekeken naar flow sensors, maar dat wordt ofwel superonnauwkeurig, ofwel dermate duur dat we beter bij TUV of TNO kunnen uitbesteden :)
Met mijn ervaring in industriële automatisering kan ik zeggen dat de compensatiekabel bijna niet gebruikt wordt. Bijna alle thermokoppels hebben een aangegoten kabel en er zijn compacte omvormers die het signaal omzetten naar 4...20 mA signalen(industrie standaard) die vlak bij de meetprobe geplaatst worden. Hierdoor is het verlengen van de thermokoppel met thermokoppelkabel of compensatiekabel niet meer nodig.

Het verhaal over de compensatiekabel lijkt mij uit een schoolboek te komen. Het klopt wat er gezegd wordt, maar de praktijk gaat vaak anders.

Bij thermokoppels dien je wel rekening te houden met de coldjunction overgang. De afwijking die elke overgang maakt is afhankelijk van de temperatuur van de overgang en de gebruikte materialen. Een compensatiekabel zou dus een thermokoppel kunnen zijn die bij een stekkerverbinding geplaatst is.

[Reactie gewijzigd door jeroenathome op 22 juli 2024 16:13]

Met mijn ervaring in industriële automatisering kan ik zeggen dat de compensatiekabel bijna niet gebruikt wordt. Bijna alle thermokoppels hebben een aangegoten kabel en er zijn compacte omvormers die het signaal omzetten naar 4...20 mA signalen(industrie standaard) die vlak bij de meetprobe geplaatst worden. Hierdoor is het verlengen van de thermokoppel met thermokoppelkabel of compensatiekabel niet meer nodig.
Klopt helemaal. Voornamelijk het verschil tussen brownfield en greenfield.
De specsheet van onze thermocouples meldt -75 tot 250 graden celsius, ik neem aan dat TK's - afhankelijk van de twe gekozen metalen - een potentieel meetbereik hebben van -200 tot 1260 graden, maar niet de onze?
Dan is het alleen geen type K thermokoppel maar waarschijnlijk een Type T.

Al met al een goed bezig heren!!!
Of zonder nieuwe printjes te hoeven maken, zou je de PCB vol kunnen plakken met Dallas 1-wire sensoren.
Relatief makkelijk aan te sluiten en door hun unieke adres weet je precies welke sensor waar zit.
Het bereik van die sensoren zou voldoende moeten zijn voor PCs, met zo'n 125C als max.
Volgens mij is het gebruik van Thermocouples in review industrie redelijk standaard, ook bijv. Gamersnexus en Hardware Unboxed, 2 vaak hoop aangeschreven review sites gebruiken ze voor zover ik weet voor hun thermal tests.
Ik zou mij hier niet al te druk om maken, want de absolute temperatuur in deze reviews zegt niet al teveel. Het belangrijkste wat je wilt meten en concluderen is hoe de cases onderling met elkaar presteren, dat je er dan in absolute zin 2 graden naast zit in alle metingen gaat de conclusie niet veranderen.

Thermocouples zijn zeer gevoelig en zijn daardoor ideaal in het makkelijk en goedkoop uitlezen. Andere sensoren met een betere nauwkeurigheid en dus kleinere offset (pt100 bijvoorbeeld) hebben het nadeel dat ze ook niet zo'n sterke gevoeligheid hebben en het correct uitlezen daarmee complexer en onnodig duur maakt, zeker bij zoveel sensoren als hier wordt gebruikt. 4-wire measurements gaat hier ook niet zoveel aan toevoegen, behalve dat het uitlezen nog complexer wordt.
Wat ik in deze testopstelling nog mis zijn (gesimuleerde) ATX en SFX voedingen. Een voeding moet ook wat warmte kwijt, en bij compacte (ITX) behuizingen zorgt de ventilator van de voeding vaak ook voor een stukje airflow.

Voor revisie 2.0 van het "moederbord" kunnen jullie nog overwegen om ATX connectoren, PWM fan headers, wat mosfets, en een microcontroller toe te voegen. Dan is alles te voeden met en standaard ATX-voeding, en kan het hele proces van vermogens instellen, temperaturen uitlezen, en fans bedienen (eventueel met RPM curves) worden geautomatiseerd.
De fan van zowel ATX en SFX voedingen wordt altijd aan de zijkant van de kast geplaatst, zodat deze fan "frisse" lucht van buiten de behuizing kan pakken. Deze lucht circuleert vervolgens door de fan en komt er aan de achterzijde (waar de 230v stroomaansluiting zit) er weer uit.

Het zal best zijn dat sommige itx-behuizingen deze warme lucht in eerste aanleg nog in de kast krijgen (en gebruik maken van een verloopstekker, voor de daadwerkelijke stroomaansluiting), maar ik denk niet dat je echt blij moet zijn met "warme airflow". Een voeding zal dus weinig tot geen verschil uitmaken voor een koele of warmere kast. Om een zo objectief mogelijke test (qua geluid) te krijgen, is een fanless voeding de beste oplossing.
De fan van zowel ATX en SFX voedingen wordt altijd aan de zijkant van de kast geplaatst, zodat deze fan "frisse" lucht van buiten de behuizing kan pakken.
Nou, dit is dus lang niet altijd zo.

Dit is nou juist een onderscheidende feature van een kast en zou je JUIST om deze reden mee moeten nemen in het testen. Er zijn zelfs cases waar de output van de voeding standaard bij de intake van de casefans zitten omdat deze achter een paneel zitten.

Tijdens het testen zou zelfs load en idle meegenomen dienen te worden. Gezien dat voeding fans vaak niet eens meer draaien bij laag verbruik. Dit heeft effect op airflow en hitte in de behuizing.
Hangt ook van je kast af, een Enthoo pro 2, bijvoorbeeld, heeft een compartiment voor de voeding, met een eigen lucht circuit.
En dus effectief geen invloed op het compartiment waar het systeem in zit.
Ik ben een totale leek op dit gebied, maar mijn boerenverstand zegt dat de stralingswarmte van de compartimentscheiding (meestal metaal) wel degelijk van invloed kan zijn op de temperatuur van het compartiment waar het systeem in zit.
Mijn boerenverstand zegt dat als stralingswarmte een probleem gaat zijn, dat de fan van de voeding al op volle snelheid draait.
Ik zeg niet dat 't 'n probleem is, ik zeg alleen dat 't de gemeten waarde beïnvloedt.
De fan van zowel ATX en SFX voedingen wordt altijd aan de zijkant van de kast geplaatst, zodat deze fan "frisse" lucht van buiten de behuizing kan pakken.
Bij behuizingen met een apart compartiment voor de voeding, of waarbij de voeding lucht van "buiten" aanzuigt en direct weer naar buiten blaast, zal het inderdaad niet zo veel uitmaken.

Er zijn echter compacte behuizingen waarbij de voeding warme lucht van binnen naar buiten blaast (random voorbeeld), en daarmee onderdeel is van het airflow-design.

Bij dat soort behuizingen is het ook niet representatief om de ruimte waar de voeding hoort te zitten leeg te laten (met een open gat naar buiten toe).
Een voeding zal dus weinig tot geen verschil uitmaken voor een koele of warmere kast.
Als er dan toch zoveel aandacht voor allerlei details is in de test, is het logisch dat alle warmtebronnen meegenomen worden. Het restant van de warmte van de voeding kan, afhankelijk van het ontwerp makkelijk in de orde van grootte van een ssd zijn en die simuleert men ook zorgvuldig.
Om een zo objectief mogelijke test (qua geluid) te krijgen, is een fanless voeding de beste oplossing.
Ik ben een groot voorstander van statisch gekoelde voedingen :) Maar ze zijn wat duurder en lang niet iedereen heeft dat er voor over.

Ze zijn meestal een stuk efficiënter maar dat neemt niet weg dat ze warmte toevoegen aan de kast. Juist omdat ze geen eigen ventilatie-gat nodig hebben en dus de lucht in de kast gebruiken, maakt het verschil voor de kast misschien wel heel klein, maar je kunt dit pas zeker weten als je het test.
Het lijkt me dat dit nogal afhangt van je type voeding. Bovendien, je voeding (zeker de platinum+) is best efficient, dus onder load komt er misschien 5% bij.
Ik denk dat het wel een heel complex verhaal wordt als je dit ook nog mee wilt nemen.
Complimenten! Fijn dat er eindelijk geluisterd is en er een nieuwe methode is ontwikkeld. Van wat ik zo lees is dit een enorme verbetering. Wel heb ik 1 (klein) verbeterpunt:
RPM vermelden bij de fans: 12v en 7v is nietszeggend over hoe hard de fans daadwerkelijk gaan Ook die snelheid op basis van de geluidsdruk is nietszeggend. Door de rpm te vermelden kunnen gebruikers ook een eventuele vergelijking maken met het eigen systeem.

Verder vraag ik me af hoe de test er uit gaat zien als er stille kasten getest worden. Bequiet heeft bijvoorbeeld zeer stille fans (Silent Wings 3) in sommige kasten met daarnaast 3 snelheden. Wordt dit allemaal getest? Of wordt enkel vastgehouden aan die 12v en 7v en wordt de minimale snelheid genegeerd omdat je onder de 7v komt (of onder de 30dB)?

[Reactie gewijzigd door MazeWing op 22 juli 2024 16:13]

We kunnen wel onder 30dB(A) meten in onze nieuwe geluidstestruimte, iirc is 16dB(A) een beetje de grens nu. Dat gezegd hebbende, ik denk dat geluid testen in verschillende configuraties (ingebouwde fancontroller, of mesh open of dicht) goed te doen is, maar alle temperatuurmetingen met alle permutaties van fan- en panelopties gaat wat ver... dan kost een enkele behuizing testen wel onevenredig veel tijd (en dat is altijd een schaars goed)...
Wel een goed idee overigens om de rpm's te meten, alleen een goede methode daarvoor verzinnen... specs fabrikant vermelden alleen 12V (en eventueel min-rpm), dus dat wordt tachometer en reflectiestickers misschien...
Een elektrische tachometer zou in principe voldoende moeten zijn. Reflectiestickers zouden niet eens nodig moeten zijn (mits je voldoende licht hebt zodat er wel een zekere mate van contrast is tussen de fan blades en "de lucht").

Dit kun je vervolgens gewoon op de fans richten terwijl je aan het testen bent. Het gros van de fans zal dezelfde snelheid hebben in een kast, indien dit niet zo is, gewoon even de snelheid achter de betreffende fan vermelden. De Noctua's dien je maar eenmalig te testen op alle voltages en gewenste dB's, aangezien die altijd hetzelfde blijven.

Aangezien je aangeeft 16dB zo'n beetje de ondergrens is, zou het mooi zijn als je ook eens test op 20dB. Dus een kast die echt compleet stil is. Zelf hecht ik hier veel waarde aan en is voor mij belangrijker dan een paar graadjes koeler. Maar een dusdanig lage geluidsdruk vereist ook weer specifieke componenten. Componenten waarbij de koeling van de CPU en GPU aanzienlijk belangrijker zijn.

Wat je wel zou kunnen doen is alle fans in de kast op 20dB zetten en dan eens kijken wat voor invloed dit heeft op de temperatuur van de componenten, zowel onder load als idle. Aangezien het gros van de koelers (zowel cpu, gpu alsmede voeding) pas harder gaan dragen bij zwaardere belasting, zou je een muisstil idle systeem zonder al te veel moeite kunnen krijgen. Alleen daarom dus al interessant om te testen!
Zo'n tachometer hebben we nog liggen, inclusief stickers, maar als ik weer op kantoor ben zal ik 's kijken of het ook zonder kan :)

En wat 20dB betreft, ik denk eerlijk gezegd dat je redelijk richting edge-cases beweegt dan... we moeten nu al naar 5,9V (laagste spanning) voor fans... Ver eronder gaan fans niet meer draaien (de A12 heeft minimumspanning van 5V, voor zover ik weet), dus 20dB gaat niet in alle gevallen lukken :(
20dB is een randgeval omdat vrijwel niemand er op test. Daarmee ondersteun je fabrikanten in het niet stiller maken van componenten en negeer je innovaties. Een fabrikant die een case oplevert die bij normaal gebruik 29dB produceert is straks 'net zo stil' als een concurrent die 22dB produceert. Objectief is dat tweede gewoon beter (uitgaande van voldoende koeling in beide gevallen). Dat de meeste mensen zich niet storen aan een PC die constant loopt te brommen is ook omdat men gewoon niet beter weet.
En omdat stillere PC's dan 20dB gewoon mogelijk zijn, is het niet vreemd om dat te testen. Stellen dat testen op 20dB lastig is omdat de gebruikte fans het niet kunnen is zoiets als bij te veel onvoldoendes op een toets de norm bijstellen, in plaats van het curriculum verbeteren.

Je kunt natuurlijk stellen dat het gebruikersscenario belangrijker is en een takkeherrie niet uitmaakt als je koptelefoon met ruisonderdrukking gebruikt tijdens het gamen. Maar in dat geval hoef je de hele geluidsmeting ook niet te doen... Maar voor andere gevallen, zoals studeren of kantoorwerkzaamheden, is minder geluid gewoon beter. Minder afleiding, minder vermoeiend. Nu kun je daar tegen inbrengen dat dat toevallig twee scenario's zijn die zelden voorkomen, maar gelukkig zit je dan fout.

Eigenlijk is het ook een stukje de vraag wat voor reviews je wilt leveren. Voor Tweakers, die dus de grenzen opzoeken, of voor de massa, voor wie best stil al goed genoeg is. (Helaas verwacht ik daarmee dat er dus geen 20dB test komt, want dat is simpelweg niet de doelgroep gebleken de laatste jaren. Maar ik blijf het toch aankaarten, misschien naïef en tevergeefs.)
Ik vind dat je een beetje chargeert nu, we kunnen erg moeilijk 20dB(A) testen omdat de hardware daar niet op gemaakt is, en dan leggen wij de lat voor Tweakers te laag? Moeten we gaan testen op 20dB(A) en elke behuizing (en in het verlengde, elke videokaart, processorkoeler, ventilator en actief gekoeld component) affakkelen omdat ze bijna onmogelijke eisen niet halen? Een niveau van 30dB(A) is al zeer stil: dat is het geluid dat je in een rustige, stille kamer hoort. Geen (thuis)kantoor dat onder onder normale omstandigheden zo stil is, tenzij je alles supergoed isoleert met triple glas en dempingsmatten tegen de muur (en je buren wegjaagt :P )
Je geeft zelf aan dat 16dB(A) nu zo'n beetje de ondergrens is qua meten, dan lijkt me 20 toch prima mogelijk?
En je hoeft producten natuurlijk niet af te fakkelen als ze dat niet halen. Als dat je insteek is blijft er weinig over. "Deze nieuwe GPU haalt meer puntjes hier, dus de rest is waardeloos want die kan dat niet."
Het is gewoon het herdefiniëren van topprestaties. Iets wat aan de lopende band gebeurd hier. Anders was je snel klaar met reviewen... "Product x haalt minimaal dezelfde prestaties als het topmodel van 6 jaar geleden en is dus net zo goed. The end."

En 30dB mag dan 'erg stil' zijn. Het wordt omschreven als fluisteren. Als er iemand op net een meter van je af constant zit te fluisteren is dat wel degelijk iets dat opvalt en stoort. Tenzij je 'stille kamer' natuurlijk aan een grote doorgaande weg ligt en constant overstemmende buitengeluiden hebt. (Of je hoort slecht, relevant voor veel gebruikers, maar gelukkig niet voor alle.)

edit: Het belang van testen op geluid is met name van belang bij idle en lage belasting. Want dat geluid is constant. In tegenstelling tot de aangehaalde buiten- en burengeluiden.

[Reactie gewijzigd door Crahsystor op 22 juli 2024 16:13]

Ik ben zelf nogal snel afgeleid / geïrriteerd door geluid – ik heb daarom bijvoorbeeld een fanless voeding gebruikt bij de laatste 'build' en heb een oude Mac Pro voorzien van een fanless videokaart.

Hoewel ook ik voorstander ben van zo nauwkeurig mogelijk meten, ook van lage volumes, denk ik toch dat de test zoals hij nu opgezet is, voldoende is. Ik zal dit motiveren:

Ten eerste is het verschil tussen 20 en 30 dB enorm, omdat het geen lineaire schaal is. 20 dB is dus niet 1/3 stiller dan 30. Elke 3 dB is een halvering. 20 dB is dus minder dan 1/8 qua geluidssterkte ten opzichte van 30 dB.

Ik zit rond middernacht, in een wijk waar zo te zien iedereen al naar bed is, in een woning met dubbel glas, spouwmuren, alles dicht, ventilatie-systeem uit, het waait of regent buiten niet of nauwelijks en er komt geen verkeer langs. De hoofdweg is een paar km verderop. Dan nog is rustig ademhalen door m'n neus al genoeg om de geluidsdruk van 24 naar ±30 dB te brengen :+

Kortom, 30 dB vergelijken met fluisteren geeft een indicatie, maar in werkelijkheid moet je dan wel zeer zacht fluisteren, anders zit je al gauw op het dubbele of vierdubbele (33, 36 dB).

Anderzijds is het vooral doorslaggevend hoe je geluid ervaart. Een mug is alleen van heel dichtbij meetbaar op een dB-meter, maar vanwege de veel hogere frequentie dan een ventilator (als het goed is), zal de mug veel meer opvallen en als veel irritanter worden ervaren.

Als ik nu m'n adem inhou, hoor ik echt he-le-maal niets. Het klinkt als absolute stilte. Toch geeft mijn dB-meter 24 à 25 dB (A) aan.

Ik kan me daardoor nauwelijks situaties voorstellen waarbij het geluidsniveau onder de 24 dB komt. Zelfs als je in een ondergrondse bunker of 'dode kamer' of zo gaat zitten, haal je dat alleen zolang je je adem inhoudt.

Dat gezegd hebbende, kan een rammelend ventilator-lagertje of een meetrillende hoek van een paneel of zo wel degelijk super-irritant hoorbaar zijn onder de 30 dB, maar dat zijn zaken die te verhelpen of te voorkomen zijn.
Uiteindelijk proberen we natuurlijk producten te reviewen door ze met elkaar te vergelijken. Als een groot percentage deze norm niet haalt, heeft het dus ook weinig zin om dit te meten. Buiten dat, op 30dB(A) kan je de kast nog steeds prima vergelijken (door middel van de temperatuur van de componenten) met andere kasten, wat het doel is.

De verschillende geluidswaarden zijn slechts een ingestelde variabele waarmee we de behuizingen testen op temperatuur. Als je wilt weten hoe stil een behuizing is, is het beter om te kijken naar de geluidsdruk bij verschillende vaste spanningen. Daar kan het natuurlijk prima zo zijn dat we een waarde onder de 20dB(A) meten, zoals bijvoorbeeld bij de Fractal. Ook kan je daar de verschillende behuizingen met elkaar vergelijken op basis van de geluidsdruk onder dezelfde condities, namelijk de spanning van de ventilatoren.

[Reactie gewijzigd door Ch3cker op 22 juli 2024 16:13]

En in het geval van PWM?
Ik snap dat de geluiden in dit artikel slechts zijn opgenomen met een telefoon, maar volgens mij kun je duidelijk per test verschil horen, en dat verschil zit hem niet alleen in de hoeveelheid geluid die wordt geproduceert, maar vooral ook in de frequentie waarmee de ventilatoren draaien.
Ik weet niet exact hoe dit soort testen in elkaar steekt, maar zou je ook niet een test moeten hebben waarbij je de ventilatoren met exact dezelfde frequentie laat draaien?
Volgens mij meet je dan de effectiviteit van de airflow die je kan bereiken per kast voor de geteste behuizing in plaats van dat je effectief alleen de geluidsdemping van een behuzing meet bij een wisselende frequentie die je af laat hangen van de geluidsproductie.
Volgens mij is dit helemaal afhankelijk van de bouw fan de fan (de fan blades, bearings, etc.). Er is een reden waarom Noctua’ en Silent Wings 3 van Bequiet zo stil zijn (en toch nog veel luchtvolume kunnen verplaatsen) en dat zal meer zijn dan enkel de snelheid van de fans zijn.

De nu gebruikte test is in mijn ogen de beste:
- kijken hoe de kast presteert met de standaard fans
- kijken hoe de kast met goede Noctua fans presenteert.

Doordat je iedere kast met dezelfde fans (Noctua) test krijg je een zeer objectief beeld over hoe goed de kast is qua airflow en heb je geen last van eventueel mindere fans die er standaard in zitten.
Inderdaad dat is een goede test opstelling :)

Sommige bijv Be quiet behuizingen hebben een aparte top cover voor extra stil of extra airflow, word dit dan ook getest ?

Ben ik benieuwd naar _/-\o_
rsnubje Testlabcoördinator @DennisH825 juli 2021 12:17
Ja, als er een glas of juist dicht paneel of open of dichte top cover bij zit, testen we die ook.
Ik neem aan dat alle features van een kast getest worden en vervolgens met de Noctua's om objectief te kunnen vergelijken met andere behuizingen.

Dat zal dus betekenen dat er bij bepaalde behuizingen meer werk in gaat zitten dan bij andere behuizingen.
ACM Software Architect @Alfa19705 juli 2021 07:34
Wordt dat niet bereikt met de 7V en 12V metingen? Daarmee worden de ventilatoren tenslotte op een vaste snelheid gezet. Maar er mist dan eigenlijk wel een variant met de Noctua's op 7V.
Fans kunnen op sommige snelheden irritant klinken.
Dat hangt ook heel erg af van de fan-opstelling, dus zal per kast verschillen.
Met een normale opstelling heb je een variabele fanspeed, dus door maar op 2 voltages te meten mis je de "irritatiefactor" die met sommige opstellingen zeker voor kunnen komen.
Wellicht is het een goed idee om in elk geval een korte 'sweep' te doen qua fanspeed om te kijken of het fangeluid in sommige gevallen een irritante resonantie kan geven.

Sowieso is er zonder feedback van het toerental nog wel wat aan te merken op het gebruik van een vast voltage.
Bij slijtage van de fan, of bij minder optimale airflow, is het toerental niet constant als je alleen op voltage stuurt. Dit terwijl een PC zelf wel stuurt op een vast ingesteld toerental.
Zoals @MazeWing ook aangeeft, niet elke fan is hetzelfde ontworpen, dus de meegeleverde casefans op dezelfde toerentallen (je schreef frequentie, maar je bedoelt rpm neem ik aan?) laten draaien gaat voorbij aan het ontwerpdoel van de fan: high static pressure, high airflow etc... Een fan wordt immers ontworpen voor een (range van) toerentallen: een 2000rpm-fan bij 600rpm testen is buiten spec...
Waarom zou je voor een kantoor pc naast de ventilators die er al in zitten nog 2 ventilators plaatsen? Is dat niet overkill?
Dan kun je nu dus mooi meten, als blijkt dat het geheel daardoor stiller word of beduidend beter koelt is dat zeker de moeite.
rsnubje Testlabcoördinator @wisselwerking5 juli 2021 12:22
De Kantoor setup krijgt standaard 1 Noctua fan. Bij stock laten we erin zitten wat er al in zit.
Waarom deze voedingen? Nu is het nog steeds onmogelijk om testen met elkaar te vergelijken, het is allemaal hand/stopwatch werk.

Door voedingen met een tcp/ip SCPI interface te gebruiken kan een complete test worden gescript en is iedere test hetzelfde. Ook wordt het een stuk makkelijker om langere testen te draaien met verschillende load steps, zonder dat iemand zijn alarm moet zetten om de voedingen anders in te stellen. En natuurlijk is het iets meer tweaker-waardig :).

Goed, dat gezegd hebbende: Ik denk dat dergelijke testen op behuizingen totaal overbodig zijn :).
Van de 'slechtst presterende' behuizing verwacht ik niet dat een systeem oververhit zal raken. Betreft het geluid, kijk in de spec van de fan en je bent ook al een heel eind. Just my 2ct :).
In ieder geval de 6 voedingen in het midden zijn dmv com-over-usb te bedienen (heb de velleman variant).
Die Tenma's? Er zullen vast varianten zijn met USB interface, deze in ieder geval niet.
Hehe ja zo te zien hebben ze een versie te pakken zonder, dan houdt dat ook op, zonde ;(
rsnubje Testlabcoördinator @DrPoncho5 juli 2021 12:52
Het is een beetje gek, maar een aantal recenter aangeschafte van die voedingen hebben wel USB interface.
rsnubje Testlabcoördinator @M145 juli 2021 12:50
Waarom deze voedingen? Nu is het nog steeds onmogelijk om testen met elkaar te vergelijken, het is allemaal hand/stopwatch werk.
Ik zie niet helemaal hoe dit een probleem is. Deze test duurt 30 minuten, give or take en de 95ste percentiel van de temperatuur wordt berekend. Ongeacht of je een paar seconden meer of minder hebt, de temperatuur is dan al lang stabiel.

Ik ben het er mee eens dat het tof zou zijn, maar misschien ook wel weer onnodig veel moeite om dat goed werkend te krijgen.
Er is niks tof's of spannends aan. De manier die ik beschrijf is wat bedrijven gebruiken voor oa productie-testen. En als je zo ver gaat om pcb's te ontwikkelen om op een gestandaardiseerde manier te testen, dan hoort daar ook een test sequence bij die elke keer hetzelfde is. Daarnaast: Het wordt dan een test die je kunt starten en vergeten.

Overigens maak je een dergelijke sequence in minder dan een uur en SCPI is een standaard protocol waar libraries voor bestaan. Effortwise is het peanuts.
Uiteraard zal de grote videokaart in veel ITX-kasten niet passen. In dat soort gevallen beperken we ons tot het kantoorsysteem.
Indien het een ITX-kast gericht is op gamen, zal het gros van deze kasten enkel een 2-slot GPU ondersteunen. Dit betekend dat je enkel de founder edition van nvidia zelf kan gebruiken.
Gezien het feit dat een ITX-build een behoorlijke afstemming van componenten vereist, lijkt het me simpelweg onverstandig om ITX-kasten mee te nemen in dit soort reviews.

Als je al besluit zo'n kast te testen zou je dit gewoon met real-life componenten (en goed op elkaar en de specifieke behuizing afgestemd) moeten testen.
Mogelijk iets voor in de toekomst? Een high-end gaming ITX round-up?
[...]


Indien het een ITX-kast gericht is op gamen, zal het gros van deze kasten enkel een 2-slot GPU ondersteunen. Dit betekend dat je enkel de founder edition van nvidia zelf kan gebruiken.
En dan is er altijd iemand die toch weer een uitzondering gevonden heeft. Mijn ouwe trouwe Node 304 huist zonder problemen (qua ruimte) een EVGA RTX 3080 XC3 Ultra Gaming. Ik ben eigenlijk wel benieuwd naar hoe mijn opstelling het doet in de geluidskamer van Tweakers, want stil is het in ieder geval niet.
Natuurlijk zijn er altijd uitzonderingen denkbaar, echter zijn er wel bepaalde, haast “standaard”, set-ups per ITX-behuizing.

Maar het punt is vooral de beperkte ruimte en het optimaal gebruik maken van deze ruimte. Je ontkomt dan bijvoorbeeld niet meer aan een goede aio om de cpu te koelen. Iets dat niet wordt gedaan in de nieuwe manier van testen van een behuizing. Hierdoor zijn de resultaten op voorhand al niet meer met elkaar te vergelijken.

Dus hoe dan ook: test ITX-behuizingen met “echte” hardware en laat ze uit (het gros) van de vergelijkingen.
Erg blij met dit artikel en de nieuwe testmethode. Staat er ook een nieuwe testmethode voor voedingen op de agenda? Op de huidige is ook redelijk veel kritiek op.
we testen momenteel geen voedingen, dus welke testmethode & kritiek bedoel je (laatste voedingenreview is van 2009)
Deze testmethode die in 2019 nog is gebruikt door Thomas Hochstenbach. Het artikel is in 2020 online gezet. Sinds het samengaan van Tweakers en HWI verwacht ik eigenlijk dat de reviews van voedingen ook op Tweakers komen. Dat is met de reviews van moederborden namelijk al wel gebeurd.

Kritiek op de voedingsreviews en testmethode staan in het Voeding advies en informatie topic - Deel 34. Met name kritiek op de Seasonic reviews.
Dat was HWI, niet Tweakers. Er zijn momenteel vziw geen plannen voedingen te testen.
Dank voor je antwoord. Wel jammer dat er voorlopig geen voedingen getest gaan worden.
Helemaal mee eens. Een PC zonder voeding maakt toch een duur paperweight. Zeker omdat (los van alle andere kwaliteiten) geluid van een voeding roet in het eten van je stille PC ontwerp kan gooien.
Publiceren jullie deze teststandaard ook? Zodat derden deze methode ook kunnen toepassen?

Edit: @willemdemoor In het meest ideale geval schrijven jullie een PDF zoals ISO, IEC, CEN etc. dat zouden doen. Zie bijvoorbeeld: https://boss.cen.eu/media/5mfdhtrk/ir3_e.pdf. Deze standaard zou zo gedetailleerd moeten zijn, dat derden jullie proeven kunnen reproduceren. De structuur van het document is globaal:
1 Scope: welke kasten kunnen wel en niet gemeten worden met deze methoden.
2 Standaarden: verwijzingen naar andere standaarden, b.v. standaarden behorend bij meetmiddelen.
3 Definities
4 ... Eisen: bijvoorbeeld, vereiste meetnauwkeurigheid, meting 1, meting 2...

[Reactie gewijzigd door MOmax op 22 juli 2024 16:13]

Bedoel je meer publiceren dan we nu gedaan hebben? Wil je de kicad-bestanden voor de pcb's? Hoe reproduceerbaar wil je het hebben? Want dan moet je ook een testkamer voor geluid gaan bouwen bijvoorbeeld :)

ook een edit: ik wil met heel veel plezier de testmethode uitgebreider omschrijven, maar realistisch gezien is de reproduceerbaarheid gering: de testapparatuur kost duizenden euro's (alleen de geluidsdichte ruimte kost meer dan tienduizend euro, los van meetapparatuur)

[Reactie gewijzigd door willemdemoor op 22 juli 2024 16:13]

Gewoon even als kleine opmerking hier, maar in de praktijk is even de vraag of de fans op 7 of 12 volt worden gedraaid.
Meer en meer systemen maken nu van PWM-systemen gebruik die dynamisch de ventilatoren in snelheid aanpassen. Is bij de reviews hier ook op gerekend verder, of in ieder geval op een manier dat we ook weten op hoeveel RPM de fans draaien bij de voltages?
Ch3cker Teamlead Testlab @Adinias5 juli 2021 17:57
Het toevoegen van RPM als waarde bij de verschillende spanningen is al eerder teruggekomen in de feedback, dat nemen we mee in ieder geval.

Op dit item kan niet meer gereageerd worden.