Door Jurian Ubachs

Redacteur

Zoektocht naar aandacht en geld

Hoe staat Nederland ervoor in e-sport?

10-09-2017 • 06:00

95

Singlepage-opmaak

Te vroeg gepiekt?

Zo'n 'echt groot toernooi' heeft Nederland in recente jaren ook een keer gehad. Vorig jaar werden de finales van League of Legends Championship Series Spring Split in Rotterdam gespeeld. Duizenden fans vulden de zaal en nog eens honderdduizenden keken mee vanuit huis. Het was voor velen een eerste kennismaking met de e-sportbeleving die in andere landen al een stuk bekender is, en het liet zien dat er in Nederland wel degelijk potentie is voor grote e-sporttoernooien. Daarbij helpt het uiteraard als er Nederlanders actief zijn op zo'n toernooi. In Ahoy was dat ook het geval: de Nederlander Fabian 'Febiven' Diepstraten kwam er namens Fnatic in actie. Inmiddels is de Nederlander trouwens overgestapt naar H2k-gaming, waar hij al eerder voor speelde.

Aandacht van grote media

Volgers die vaker League of Legends kijken, kenden Febiven uiteraard voor die finales al. Toch hielp zijn aanwezigheid enorm bij het genereren van extra aandacht voor e-sport. Dat onderschrijft Joey Steltenpool, de coach van G2 Esports dat ook op dat toernooi in Ahoy in actie kwam. "Wij krijgen meestal niet zo heel veel media-aanvragen vanuit Nederland, behalve als er iets heel groots is. De finale van de Spring Split in 2016 is daar een goed voorbeeld van. Toen hingen de grote tv-programma's ineens aan de telefoon." Ook Febiven was toen in trek. Onder meer dagblad NRC publiceerde een interview en BNNVARA zond een programma uit waarin presentator Valerio Zeno Fabian de League of Legends-speler volgde in de aanloop naar en tijdens het toernooi in Rotterdam.

Nederland WCG

De positie van Diepstraten is illustratief voor een 'probleem' waar de Nederlandse e-sportwereld nu mee kampt. Er was een tijd dat Nederlandse gamers de vloer aanveegden met hun buitenlandse tegenstanders. Jarenlang was Grubby haast onverslaanbaar in WarCraft III. Bij de eerste editie van de World Cyber Games, in 2000 nog World Cyber Challenge geheten, ging Anker Jacob 'NTT' Scharn al met een bronzen medaille naar huis. Enkele jaren later domineerde Nederland de WCG: Laurens 'Lauke' Pluymaekers won het UT2004-toernooi, Grubby pakte de WarCraft III-titel en Arthur 'KingTuur' Vankan won het Project Gotham Racing 2-toernooi. Aan aandacht geen gebrek. Er werd over Grubby zelfs een heuse documentaire gemaakt, genaamd 'Beyond the Game'. De Nederlandse e-sportwereld had op die manier meerdere sterke uithangborden.

Topland in een onhandig tijdperk

Er was echter een probleem, de piek kwam te vroeg. E-sport was in het eerste decennium van deze eeuw nog niet klaar voor de grote doorbraak. Natuurlijk waren er genoeg voorbeelden van e-sporters die er hun werk van konden maken, maar het fenomeen bereikte nog lang niet de massa's die nu wel worden bereikt. In de vorige artikelen bespraken we al hoe die wereld veranderd is, en wat platformen als YouTube en Twitch daarin hebben betekend. De kern van dat verhaal is dat het makkelijker dan ooit is om e-sportwedstrijden te volgen, en dat bekende e-sporters vaak hun eigen socialmediakanalen hebben, wat het makkelijker maakt om een eigen schare fans op te bouwen en te onderhouden. Het is anno 2017 veel eenvoudiger om je volgers continu content te bieden dan tien jaar geleden.