Met de Radeon HD 2600 XT zet ATi een videokaart uit de middenklasse op de markt die het moet opnemen tegen nVidia's GeForce 8600 GT. HEnthusiast kreeg een referentiemodel in handen, maar bemerkte al snel dat de kaart 'too little, too late' is.
De gpu van de HD 2600 XT is op basis van het 65nm-procedé gebakken, terwijl de duurdere Radeon HD 2900 XT een grafische chip op basis van een 80nm-architectuur bezit. Daardoor zou ATi in staat moeten zijn de kaart een compact ontwerp te geven, maar de reviewers noemden het testexemplaar met zijn lengte van bijna 23 centimeter aan de forse kant. Het referentiemodel voelde met zijn forse heatsink ook zwaar aan. De kaart kan door de fabrikant wel voorzien worden van features als CrossFire-ondersteuning, dual-link dvi- en hdmi-poorten.
De in Nederland ongeveer 135 euro kostende kaart kan zowel uitgerust worden met ddr3- als ddr4-videogeheugen. Het testexemplaar was uitgerust met ddr4 en werd in een pci-e-sleuf op een Gigabyte-moederbord geprikt. Als cpu werd een Intel Core Duo E6600 op 2,4GHz gebruikt en Windows Vista Ultimate x64 diende als testplatform. In de DirectX 9-titel The Elder Scrolls IV moest bij de 2600 XT de detailniveaus teruggeschroefd worden, terwijl de GeForce 8600 GT aanmerkelijk minder moeite had om de complexe 3d-omgeving te renderen. In World of Warcraft: The Burning Crusade weet de ATi-kaart hoge resoluties speelbaar aan te bieden, maar dan wel zonder anti-aliasing; opnieuw heeft de 8600 GT hier geen last van. De reviewers testten ook de DirectX 10-titel Lost Planet: Extreme Condition. In hogere resoluties blijkt de videokaart opnieuw over te weinig spierballen te beschikken om alle beloftes over mooiere beelden in te lossen. Opvallend is wel dat dit spel in DirectX 9-modus bijna twee maal sneller draait.

Behalve naar het testen van de kaart keken de reviewers ook naar het stroomverbruik. Ondanks het 65nm-ontwerp van de gpu en het feit dat de videokaart door het pci-e-slot gevoed kan worden, gebruikt de kaart onder full load toch nog een kleine zestig Watt. Aangezien de HD 2600 XT ook in 2d-modus zijn kloksnelheden niet dynamisch aanpast, zou de Radeon meer verbruiken dan het exemplaar met de nVidia-gpu. Door beperkingen in de driver kon de gpu, die standaard zijn werk doet op 800MHz, niet verder overgeklokt worden dan 857MHz. Het geheugen kwam niet verder dan 1179MHz, met 1100MHz als basissnelheid. De prestaties gingen door deze uiterst geringe marges slechts met maximaal een procent omhoog. Door de stringente beveiliging in de 64-bit editie van Vista, kregen de reviewers het ook niet voor elkaar om handmatig de klokfrequentie hoger te tillen, zonder dat het systeem instabiel werd. Over ATi's Unified Video Decoder, een hardwarematige oplossing voor het afspelen van hd-materiaal, blijkt het testteam wel te spreken te zijn. Het afhandelen van complexe vc1-videostreams gebeurt geheel door de gpu, terwijl de nVidia-kaart voor een deel leunt op de cpu. Momenteel kan de ATi-driver deze klus echter alleen klaren in 32-bit modus.
Wanneer de reviewers hun uitgebreide onderzoek naar de potentie van de Radeon HD 2600 XT beëindigen, laten de conclusies niets aan duidelijkheid te wensen over: 'too little, too late'. In de ogen van beide testers is de ATi-kaart een flinke teleurstelling, terwijl de prijs op een vrijwel gelijk niveau ligt met de beter presterende GeForce 8600 GT. Daarom zegt HEnthusiast de kaart niet aan gamers te kunnen aanraden.