Hoewel Panasonic eind vorig jaar zijn intrede deed in de markt voor digitale spiegelreflexcamera's, weet het merk nog niet de grote massa te bereiken. Dit zou echter dit jaar moeten veranderen met een goedkopere camera.
Vorig jaar juni introduceerde Panasonic de DMC-L1. Deze camera, met een prijskaart van bijna 2000 euro, is vooral gericht op het hogere marktsegment, waardoor Panasonic de grote markt voor goedkopere dslr's overlaat aan de bestaande spelers. Dit jaar moet daar echter verandering in komen met de introductie van een goedkoper model. Deze goedkope dslr van Panasonic moet de concurrentie aangaan met de Canon EOS 400D en de Nikon D40. Waar de dure DMC-L1 het moet stellen met een sensor die 7,5 megapixel kan vastleggen, moet de nieuwe budget-camera een 10 megapixel sensor krijgen. Wel deelt de nieuwe camera de Live View-feature met de DMC-L1, waardoor het ook mogelijk is om de compositie te bepalen op het lcd-scherm en niet alleen door de zoeker. Ook krijgt de camera de optische beeldstabilisator en een mechanisme om de sensor stofvrij te houden. De bijgeleverde kitlens wordt door Leica geproduceerd.
Volgens analisten is er nog voldoende groei in de markt voor goedkopere digitale spiegelreflexcamera's. Consumenten die nu nog werken met slr-camera's die gebruikmaken van een analoge film, zullen overstappen op digitale camera's, maar ook consumenten die nu nog een compactcamera gebruiken zullen de overstap naar spiegelreflex gaan maken. De prijzen van de goedkope dslr-camera's zullen dan ook nog verder zakken, zo wordt voorspelt. Nu ligt de instapprijs voor spiegelreflexcamera's nog op 500 tot 600 dollar; de komende jaren zal dit dalen tot 400 of 300 dollar, zo denken analisten.