Lenovo, de derde computerfabrikant ter wereld, lijkt er niet in te slagen om zich in de kijker van de westerse pc-koper te spelen. Het Chinese bedrijf, dat vorig jaar IBM's pc-divisie overnam, haalt zijn groeicijfers vooral uit de Aziatische markt, terwijl westerlingen ondertussen IBM's Thinkpad-merk, waarmee Lenovo dacht goede sier te kunnen maken, beginnen te vergeten. Het bedrijf is er weliswaar in geslaagd om de computerafdeling van Big Blue weer winstgevend te maken, maar dat uit zich vooralsnog hoofdzakelijk in goede verkoopcijfers in China. In het westen, en dan met name in de VS, komt Lenovo's positie steeds meer in de verdrukking onder het geweld van Dell en HP, terwijl Acer het achterblijven van de Chinese fabrikant vermoedelijk met genoegen gadeslaat. Het heeft er dan ook de schijn van dat westerlingen best Chinees spul willen kopen, zoals een iPod, zolang ze maar in de waan worden gelaten dat het product gemaakt wordt door een westers bedrijf.
Volgens de analisten van JP Morgan zijn Lenovo's afzetproblemen in westerse markten echter te wijten aan een gebrek aan 'exposure', wat in normaal Nederlands wil zeggen dat het bedrijf meer reclame zal moeten maken. Aan het begin van dit jaar begon het bedrijf low-endsystemen buiten China te verkopen, en liet dit samenvallen met een marketingcampagne tijdens de Olympische Winterspelen. Dat heeft echter niet tot voldoende Lenovo-merkbewustheid geleid, en het is dan ook maar de vraag of het bedrijf die situatie tijdig kan corrigeren voor de uitrol van Windows Vista - een tijdstip waarop de verwachting is dat veel gebruikers, vooral in de lucratieve afzetmarkt van het bedrijfsleven, tot de aanschaf van nieuwe computersystemen overgaan. Het is natuurlijk ook mogelijk dat Lenovo simpelweg nog niet genoeg tijd heeft gehad om een redelijke naam op te bouwen, maar het lijkt er hoe dan ook op dat het bedrijf niet op tijd is geweest met het uitbuiten van de Thinkpad- en ThinkCentre-labeltjes op zijn systemen.