De Chinese autoriteiten hebben bekendgemaakt per direct een nieuw domeinnaamsysteem in gebruik te hebben genomen, naar eigen zeggen om .cn-, .com- en .net-varianten in Chinese tekens aan te kunnen bieden, maar volgens critici als aanzet om Chinese internetters mogelijk los te koppelen van het rootserversysteem zoals beheerd door Icann. 'Het betekent dat internetters niet via de servers van het Amerikaanse Icann hoeven te surfen', zo beschrijft de Chinese krant People's Daily het gevolg van de beslissing. De controle door de Amerikaanse internetopzichter is al geruime tijd een doorn in het oog van een aantal landen waaronder China en Brazilië; ook in Turkije zou zijn gewerkt aan een alternatief rootserversysteem. Op de laatste WSIS-conferentie werd uiteindelijk een akkoord bereikt over het in Amerikaanse handen laten van de internetcontrole, wat de stap van de Chinezen opmerkelijk te noemen maakt.
Volgens internetwetgevingspecialist Michael Geist van de universiteit van Ottawa willen de Chinese autoriteiten zich graag van Icann losweken om makkelijker censuur door te kunnen voeren. Voormalig Stanford University-professor Subramanian Subbiah is het daar niet mee eens, en stelt dat de Chinezen gewoon het geduld met Icann zijn verloren voor wat betreft niet-westerse tekens in domeinnamen. 'Chinese websurfers kunnen een adres in het Chinees intikken tot ze bij het topleveldomein zoals .com of .net zijn aangeland. Die moeten in westerse tekens omdat Icann nog geen technologie heeft geaccepteerd om topleveldomeinen in het Chinees, Arabisch, Koreaans of welk niet-westers systeem dan ook te herkennen', aldus Subbiah, die vanuit Singapore een bedrijf runt dat niet-westerse domeinnamen verkoopt. Het bestaan van alternatieve topleveldomeinleveranciers, vooral als die groot gaan opereren in de gigantische Chinese markt, zet Icanns mission statement onder druk, dat universele en unieke herleidbaarheid van domeinnamen nastreeft. De stap opent de mogelijkheid dat hetzelfde .com- of .net-adres binnen en buiten China naar verschillende websites leidt, naast de mogelijkheid dat bepaalde adressen binnen China niet oproepbaar zijn (wat door het censuurbeleid natuurlijk in zekere mate al het geval is). Icann heeft nog geen commentaar op de situatie willen leveren en zegt eerst met de Chinese autoriteiten te willen overleggen.
Update 2 maart, 01:46 - Volgens Icann berust de berichtgeving van People's Daily op een verkeerde interpretatie van een bericht van het Ministerie van Informatie over het gebruik van second level-domeinen. Icann vroeg opheldering bij .cn-beheerder CNNIC, en kreeg te horen dat er wordt gewerkt aan een manier om Chinese tekens beschikbaar te maken voor second level-domeinen; dus bij uitgangen zoals .com.cn of .edu.cn het .com- of .edu-gedeelte in het Chinees weer te geven. De verwarring bij People's Daily werd wellicht veroorzaakt doordat Chinese internetters soms een browser-plugin gebruiken die het intikken van het .cn-topleveldomein overbodig maakt en deze ook niet toont. CNNIC zou ook werken aan het weergeven van de topleveldomeinen zelf in het Chinees, maar dat werk zou zich nog in het beginstadium bevinden. Icann heeft geen inlichtingen bij het Ministerie van Informatie ingewonnen.