News.com bericht dat de ontwikkeling van zonne-energie kan stagneren ten gevolge van een wereldwijd tekort aan polysilicium, het voornaamste bestanddeel van zonnecellen. Bovendien dreigt het tekort de prijzen van de grondstof op te drijven. Silicium is een zeer veel voorkomend element, maar de bewerkingen die het geschikt maken voor gebruik in zonnepanelen zijn kostbaar. Zonne-energie is verantwoordelijk voor één procent van de wereldenergievoorziening. Sinds 1997 is een jaarlijkse marktgroei van tussen de dertig en veertig procent gerealiseerd, waarmee deze vorm van energie in 2030 tot acht procent van de wereldenergiebehoefte zou kunnen leveren.
De prijs voor een kilo polysilicium is van negen dollar in 2000 gestegen naar 25 dollar in 2004. Momenteel wordt zelfs tot zestig dollar per kilo betaald. De industrie heeft lange tijd kunnen profiteren van de teloorgang van de dotcom-hype, die grote overschotten polysilicium beschikbaar maakte. Tegenwoordig moet men echter concurreren met een gezonde elektronica-industrie. Die heeft bovendien minder last van hoge prijzen voor dit materiaal aangezien er relatief minder van gebruikt wordt. Nieuwe productietechnieken zijn in ontwikkeling maar zijn nog niet geschikt om de tekorten op korte termijn op te vangen. Tim Bruton van Britain's New and Renewable Energy Center gaf aan dat hij verwacht dat ondanks het aanspreken van reserves, de groei in deze sector dit jaar tot zo'n tien procent beperkt zal blijven.