Nvidia wil een onderzoekscentrum openen in de Chinese stad Shanghai, meldt de Financial Times. De chipontwerper zou dat doen om zijn aanwezigheid te versterken in China, waar de verkoop van AI-chips is ingezakt als gevolg van strengere Amerikaanse exportregels.
De Financial Times schrijft dat het r&d-centrum onderzoek zou verrichten naar de specifieke eisen van Chinese klanten en de complexe technische vereisten die nodig zijn om te voldoen aan de exportregels van de VS. Die hebben vooral een impact op het gebied van AI, waarvoor Nvidia ook ingenieurs zoekt in Shanghai.
De ontwikkeling en productie van chips zou buiten China verlopen om de intellectuele eigendom buiten het land te houden. De r&d-afdeling in Shanghai zou wel bijdragen aan de verificatie van chipontwerpen, bestaande producten optimaliseren en onderzoek verrichten naar onderwerpen zoals autonoom rijden.
Nvidia-ceo Jensen Huang was naar verluidt in april in Shanghai om de plannen te bespreken met burgemeester Gong Zheng. Het bedrijf leaset daar een nieuw kantoor om plaats te bieden aan bestaande werknemers en een mogelijke uitbreiding. Momenteel heeft Nvidia ongeveer tweeduizend medewerkers in dienst in Shanghai. Terwijl Shanghai de plannen voorlopig goedkeurt, zou Nvidia momenteel aan het lobbyen zijn bij de Amerikaanse regering voor toestemming.
De komst van het onderzoekscentrum moet ervoor zorgen dat Nvidia aan de top kan blijven in China, een van zijn grootste overzeese markten. Concurrenten zoals Huawei zouden namelijk op de loer liggen om hun eigen AI-ecosystemen aan te bieden. China was afgelopen jaar goed voor ongeveer 14 procent van Nvidia's omzet, ofwel 17 miljard dollar. Huang heeft zelf al gezegd dat de Chinese AI-markt binnen enkele jaren tot wel 50 miljard dollar waard kan zijn.