Microsoft heeft een bètaversie uitgebracht van hotpatching voor Windows 11 Enterprise. Met die functie is het niet langer nodig om de computer opnieuw op te starten als de patch geïnstalleerd is.
Hotpatching wordt niet voor alle updates van Windows beschikbaar, schrijft Microsoft in een aankondiging. De eerste update in ieder kwartaal blijft vereisen dat de computer opnieuw wordt opgestart. Deze updates bevatten niet alleen beveiligingsupdates, maar ook nieuwe features en verbeteringen. "In de twee maanden daarna worden hotpatchupdates aangeboden, die alleen beveiligingsupdates bevatten en geïnstalleerd kunnen worden zonder dat de computer opnieuw moet opstarten." De bedoeling is dus dat er jaarlijks acht hotpatchupdates verschijnen, naast vier updates waarvoor nog wel een reboot vereist is.
Hotpatching is vooralsnog alleen beschikbaar voor organisaties die een Microsoft-abonnement met Windows Enterprise E3 of E5, of een Windows 365 Enterprise-abonnement hebben. Apparaten moeten verder Windows 11 Enterprise versie 24H2 draaien en Microsoft Intune hebben. De hotpatches kunnen ingeschakeld worden via Intune en Windows Autopatch.
Hotpatching werd in februari al getest in een previewbuild van Windows 11. Destijds werd aangegeven dat hotpatching werkt op basis van virtualisation-based security. Dit kan gestart worden op computers die virtualisatie-extensies ondersteunen voor Intel, AMD or Arm. Microsoft kan daarmee de in-memorycode van een lopend Windows-proces aanpassen, zonder dat het proces opnieuw opgestart moet worden.