De Tweede Kamer heeft een wetsvoorstel aangenomen die verkopers van apparaten, software en diensten verplicht om updates te blijven leveren zolang dat 'redelijkerwijs verwacht mag worden'. Het gaat om een implementatie van een EU-richtlijn en het moet nog langs de Eerste Kamer gaan.
In het wetsvoorstel staat dat consumenten recht krijgen op software- en beveiligingsupdates bij aankoop van slimme apparaten zoals smart-tv's, smartwatches, printers, camera's en smartphones. Dit geldt ook voor games en andere software, evenals diensten. Met diensten kan aan streamingdiensten worden gedacht.
In het wetsvoorstel wordt geen concreet jaartal genoemd voor hoelang consumenten updates mogen verwachten. Dit is namelijk afhankelijk van het apparaat, schrijft de Rijksoverheid. "Bij een duurder product zoals een slimme wasmachine mag je langer updates verwachten dan bijvoorbeeld bij de aankoop van een digitaal spelletje op je telefoon", zegt de overheid.
Met de wet worden fabrikanten niet verplicht om bijvoorbeeld upgrades voor een nieuw besturingssysteem te leveren als dit niet in de overeenkomst was afgesproken. Verkopers zijn alleen verplicht updates te leveren 'die nodig zijn om te bewerkstelligen dat de afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoordt'.
Installeert de consument die updates bovendien niet binnen 'een redelijke termijn', dan is de verkoper ook niet verantwoordelijk voor de werking van een product als dat product defect raakt doordat een update niet is geïnstalleerd. De verkoper moet de consument dan wel hebben geïnformeerd over de update en de instructies moeten duidelijk zijn. Koper en verkoper kunnen ook samen afspreken dat een product geen updates krijgt.
Met de wet wordt ook de 'omkering van de bewijslast' verlengd van zes maanden naar een jaar. Hierdoor moet de verkoper van een product in het eerste jaar na aanschaf bij garantiekwesties bewijzen dat het product defect is door de gebruiker en niet door een fout in het product. Na dat jaar ligt die bewijslast bij de klant.
Het voorstel Implementatiewet richtlijnen verkoop goederen en levering digitale inhoud is dinsdag door de Tweede Kamer aangenomen, waarbij FvD, Ja21, BBB en Groep Van Haga tegenstemden. Nu moet het voorstel nog door de Eerste Kamer worden aangenomen voordat de wet in werking treedt. De twee richtlijnen hadden eigenlijk op 1 juli geïmplementeerd moeten zijn. Het vorige Nederlandse kabinet diende het wetsvoorstel eind 2019 in.