Volgens de Japanse krant Nikkei hebben de Chinese autoriteiten bepaald dat de Foxconn-fabrieken waar het bedrijf iPhones maakt, wegens het coronavirus nog niet heropend mogen worden. Volgens een bron van Reuters gaat deze verlengde sluiting iPhone-tekorten veroorzaken.
Volgens plaatselijke autoriteiten zouden de fabrieken 'een groot risico op verspreiding van het virus' vormen als ze weer in gebruik worden genomen. Dit door 'slechte ventilatie in het bedrijfsrestaurant en de slaapzalen voor werknemers', maar verderop in het stuk wordt de aanwezigheid van airconditioning ook weer gezien als een risicofactor, wat een contradictie lijkt. Hoe dan ook is de centrale airconditioning een belangrijk gereedschap om de fabriek stofvrij te houden.
De voorspelling dat een langere sluiting van Foxconn-locaties een 'grote impact' op iPhone-voorraden zou hebben, komt van een Reuters-bron met 'directe kennis van de zaken'. Het Nikkei-stuk wekt de indruk dat Apple het meest zou lijden onder de verlengde sluiting.
Naast Apple-apparaten worden er in de fabrieken ook apparaten van Google, Amazon, HP, Dell en Huawei geproduceerd, schrijft Nikkei. Wanneer de fabriek zijn deuren dan wel weer kan openen, wordt niet genoemd. Dat laat Foxconn aan de autoriteiten over. Vliegtickets van Taiwanese Foxconn-werknemers daterend tot en met 14 februari zijn in ieder geval geannuleerd.
Nikkei schrijft verder dat Compal, een leverancier van iPads die 1600 kilometer verderop zit, ook zijn deuren gesloten houdt wegens het virus. Waar het werk op 10 februari hervat zou worden, is dat nu 17 februari.