CableLabs heeft de beschrijving voor de MAC-laag toegevoegd aan de Full Duplex Docsis 3.1-specificatie. Daarmee is de komst van symmetrische 10Gbit/s-snelheden voor kabelverbindingen weer een stap dichterbij.
Met versie I14 is Mulpi, wat staat voor MAC & Upper Layer Protocols Interface, officieel toegevoegd aan de specificatie voor Full Duplex Docsis 3.1, schrijft CableLabs. In februari start CableLabs evenementen om partners van informatie te voorzien over interoperabiliteit van FDX, zoals het consortium de techniek afkort. CableLabs is een consortium van kabelbedrijven met een eigen onderzoeksinstituut dat verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van de standaard.
"Naarmate de FDX-specificatie vordert, gaan we de komende jaren producten met fullduplex-eigenschappen zien, als er chips beschikbaar komen die in producten verschijnen", aldus CableLabs. De nieuwe toevoeging beschrijft het MAC-beheer dat nodig is om FDX mogelijk te maken tussen de Cable Modem Termination Systems van kabelaanbieders en de kabelmodems van klanten. Het gaat dan onder andere om dynamische resource block assignment, waarbij de cmts van de kabelaar de subcarrier-kanalen toewijst die modems kunnen gebruiken voor hun upstream- of downstreamverwerking.
FDX is een uitbreiding van Docsis 3.1, dat in 2015 werd aangekondigd. Die techniek zorgt voor een theoretische downloadsnelheid van 10Gbit/s en uploadsnelheid van 1Gbit/s. De fullduplex-uitbreiding maakt symmetrische 10Gbit/s-snelheden mogelijk.
De kabelindustrie is nog bezig met de overgang naar Docsis 3.1. Ziggo is de techniek aan het testen en Delta voert het dit jaar in. In eerste instantie richten de kabelbedrijven zich op downloadsnelheden van 1Gbit/s.