Wie een iPhone koopt die gebreken vertoont binnen de garantieperiode, hoeft niet akkoord te gaan met een vervangend refurbished model. Dat heeft de rechtbank van Amsterdam bepaald. Apple moet een vrouw het bedrag voor een nieuwe iPhone verstrekken.
De zaak betrof een vrouw die in december 2014 een iPhone 6 Plus kocht voor 799 euro. De smartphone wilde in augustus 2015 niet meer starten. Het lukte Apple niet om het toestel te repareren, waarna het bedrijf de vrouw een refurbished model ter vervanging aanbood. Apple maakt veelvuldig gebruik van herstelde producten om defecte apparaten te vervangen.
De vrouw ging echter niet akkoord met het aanbod en wilde een nieuw toestel. Toen Apple hier niet aan tegemoet wilde komen, ontbond ze de koopovereenkomst. In de zaak beriep zij zich op artikel 7:21 van het Burgerlijk Wetboek, dat Apple volgens haar verplicht de non-conforme iPhone te vervangen door een nieuw exemplaar. Apple bestreed dit met de claim dat de iPhone op het moment van levering naar behoren functioneerde. Op basis van de garantieregeling zou de vrouw recht hebben op vervanging, maar een refurbished iPhone zou volstaan.
De kantonrechter van Amsterdam stelde vrijdag de vrouw in het gelijk. "Van een iPhone van 799 euro mag een koper verwachten dat deze niet al na acht maanden onherstelbaar defect is", aldus de rechtbank. Wat daarbij meespeelde, is dat Apple niet bestreed dat het probleem bij de iPhone zelf lag.
Bij het oordeel dat de vrouw recht heeft op vervanging door een nieuw toestel, verwijst de rechtbank naar een arrest van het Europese Hof van Justitie uit 2008. Daarin werd gesteld dat het geen ongerechtvaardigde verrijking oplevert als een koper een nieuw product ontvangt, aangezien hij of zij correct aan zijn koopovereenkomst heeft voldaan. Het is de verkoper die moet opkomen voor de slechte uitvoering van de koop. "Hij ontvangt slechts met vertraging een goed dat in overeenstemming is met de bepalingen van de overeenkomst, een goed dat hij van meet af aan had moeten ontvangen", staat in dat arrest.
De kantonrechter vonniste dat Apple het volledige bedrag van 799 euro moet vergoeden aan de vrouw, aangezien de koop rechtsgeldig ontbonden is. Ook draait Apple op voor de proceskosten.