Swen Vincke, ceo van het Vlaamse Larian Studios, heeft in een interview verteld dat het gebruik van de zevende cpu-core in de Xbox One 'niet heel veel verschil uitmaakt' voor de prestaties. Dat zou komen omdat ontwikkelaars maximaal 60 tot 70 procent van de core in gebruik kunnen nemen.
In een interview met GamingBolt bevestigt Vincke dat de studio de zevende core gebruikt, maar vanwege de beperkt toegestane cpu-belasting, blijven grote winsten in prestaties uit. Daarnaast vertelt Vincke aan de website dat de kleine hoeveelheid embedded sram van de Xbox One geen probleem vormt. "We hebben er ervaring mee door de Xbox 360. We moesten wat aanpassingen maken om te zorgen dat het werkt. Maar over het algemeen hebben we dezelfe framerate als op de PS4-versie." De Xbox One heeft ten opzichte van de PS4 trager werkgeheugen, maar 32MB esram vult het ddr3-geheugen aan en moet dit door zijn snelheid deels compenseren.
In documentatie die tijdens de kerstdagen van 2014 uitlekte, viel te lezen dat Microsoft het besluit had genomen om gameontwikkelaars uitgebreidere toegang te geven tot de cpu-cores van de Xbox One. Waar het voorheen nog zo zou zijn dat een ontwikkelaar zes van de acht cores tot zijn beschikking had, zou na een update in oktober van 2014 een deel van een extra cpu-core tot de beschikking staan van de developer. Dit zou de kloof tussen de prestaties van de Xbox One en de PlayStation 4 moeten verkleinen. Daar tegenover staat wel dat als een ontwikkelaar de zevende core inzet, hij bepaalde Kinect-functionaliteiten als stemcommando's niet meer kan gebruiken.
Larian Studios werkt met de PlayStation 4 en Xbox One bij de ontwikkeling van Divinity: Original Sin Enhanced Edition. Die moet in oktober uitkomen voor die twee platformen, maar ook voor Windows.