De deelnemende landen van het Europees Octrooibureau hebben dinsdag de laatste stap genomen naar de invoering van het Unitair octrooi. Hiermee is het vanaf 2017 mogelijk om met een enkel octrooi bescherming te verkrijgen in 26 van de 28 Europese lidstaten.
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland meldt dat zo een einde komt aan veertig jaar discussie rond het Unitair Octrooi. Het octrooi, ook wel patent genoemd, maakt het mogelijk om een enkel octrooi aan te vragen om bescherming te krijgen in 26 lidstaten van de EU. Spanje en Kroatië willen niet meedoen, onder andere taal zou een rol spelen bij deze beslissing. Op dit moment is het al mogelijk een Europees octrooi aan te vragen om een uitvinding in de gehele EU te beschermen. Na aanvraag valt dit octrooi echter uiteen in allerlei losse nationale octrooien.
Dat betekent dat aanvragers in elk land afzonderlijk een vertaling moeten indienen, instandhoudingsvergoedingen moeten betalen en procedures moeten voeren. Dit leidt tot zeer ingewikkelde en dure procedures. Met het nieuwe octrooi kan de aanvrager kiezen voor de oude of de nieuwe situatie. Kiest de aanvrager voor de nieuwe situatie, dan kan hij terecht bij één gespecialiseerde rechtbank met centrale vestigingen in Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië. Ook zijn er een aantal lokale vestigingen, waaronder in Nederland.
De kosten van het Unitair octrooi lopen jaarlijks op, zo betaalt men voor het tweede jaar 25 euro. Voor het tiende betaalt men echter 1175 euro en voor het twintigste jaar 4855 euro. Wil men slechts bescherming in een paar landen, dan is het goedkoper om voor het oude, Europese octrooi te gaan. De rvo meldt dat het nieuwe octrooi positief zou zijn voor Nederland, omdat 'Nederland van oudsher een open economie heeft en Nederlandse ondernemers relatief veel innovaties ontwikkelen'. Zo zou Nederland in 2014 met een recordaantal van 8.104 octrooiaanvragen op de derde plaats in Europa staan, na Duitsland en Frankrijk.