Niels van Dijk is hoogleraar rechtsfilosofie aan de Vrije Universiteit Brussel en postdoctoraal onderzoeker binnen de onderzoeksgroep voor recht, wetenschap, technologie en maatschappij. Tegen Tweakers zegt hij dat de eerste usual suspects wat juridische mogelijkheden betreft, gezocht moeten worden op het gebied van gegevensbescherming. Het gegevensbeschermingsrecht kent namelijk extra bescherming toe aan gevoelige data, waaronder ook biometrische gegevens kunnen vallen, zoals afbeeldingen van gezichten.
"Je zou kunnen denken aan het portretrecht van degene die wordt afgebeeld. Die mogelijkheid wordt inmiddels voorzichtig geëxploreerd in deze context. We hebben het dan bijvoorbeeld over het gebruik van iemands beeltenis om een bepaalde boodschap te verkopen." In Nederland moet iemand die zich op het portretrecht beroept, een redelijk belang hebben, dat kan liggen op het gebied van privacy of een naamsbekendheid die geld kan opleveren.
Hoe alle vormen van het verschijnsel van eenvoudig aan te passen beeld moeten worden aangepakt, is echter niet duidelijk. Van Dijk stelt: "In feite gaat het om een soort misleiding. Je moet je dan afvragen wat voor misleiding er precies plaatsvindt. Ik denk dat openlegging van dit soort vragen interessanter is dan dat er echt heldere antwoorden zijn." Zo speelt de vraag of er sprake is van een botsing tussen het recht op privacy en bijvoorbeeld de vrijheid van meningsuiting, maar ook de vraag of er sprake is van misleiding.
/i/2001957017.jpeg?f=imagenormal)
Specifiek sprekend over de situatie dat iemands beeld wordt gebruikt in een video, waarbij die persoon bijvoorbeeld dingen in de mond worden gelegd, zegt hij: "We bevinden ons dan op een kruispunt tussen nepnieuws en post-truth politics." Daarmee doelt hij op een cultuur binnen de politiek waarbij het aanspreken van emoties belangrijker is dan een beroep op feiten.
Gevraagd naar de invloed van de ontwikkelingen op ai-gebied op ons waarheidsbegrip zegt de onderzoeker dat dit begrip in de afgelopen vijftig jaar op bepaalde vlakken al veel aan waarde heeft ingeboet. "We komen in een situatie waarbij gezond scepticisme wordt gevangen in een soort sweeping wantrouwen tegenover instituties." Op de vraag hoe we ermee om moeten gaan als een gemanipuleerde video niet meer van echt te onderscheiden is, antwoordt hij: "Als je het verschil niet meer kunt zien, komt het in feite neer op vertrouwen. Dus in hoeverre vertrouw je de bron van de video. Maar die geloofwaardige bron moet ook middelen hebben om de echtheid te verifiëren, dus wat als dat niet meer mogelijk is?" Daarmee steekt het probleem van een soort chain of trust de kop op, waarbij een betrouwbare bron van groot belang is.
Tot slot
Door het ai-onderzoek op het gebied van beeld en geluid te bekijken, hebben we kunnen zien dat er op dit gebied al veel mogelijk is, maar dat sommige delen nog in de kinderschoenen staan. De verwachting is wel dat de ontwikkelingen steeds sneller zullen gaan, waardoor in de nabije toekomst veel mogelijk wordt. Dat geldt voor het hele veld van kunstmatige intelligentie. Alphabet-ceo Sergey Brin noemde in zijn recentste Founder's Letter de 'nieuwe lente van kunstmatige intelligentie' niet voor niets de 'belangrijkste ontwikkeling in zijn leven'.
De ontwikkelingen kunnen spannende of leuke dingen zijn, zoals het naar eigen smaak aanpassen of zelfs genereren van een film. Er vallen echter ook minder wenselijke gevolgen onder, zoals niet van echt te onderscheiden videobeelden die bedoeld zijn om te misleiden. Verschillende organisaties hebben daarom waarschuwingen gepubliceerd en opgeroepen om alvast aan oplossingen te werken. De komende jaren zullen uitwijzen welke kant deze maatregelen opgaan.