De jury heeft bij een federale beroepsrechtbank de schadevergoeding die Joel Tenenbaum aan de muziekindustrie moet betalen in stand gehouden. Er werd bewezen geacht dat Tenenbaum 30 liedjes deelde en stelde de vergoeding waar de muzieklabels recht op hebben op 22.500 dollar per nummer.
De beroepsrechtbank hield daarmee een eerdere uitspraak van een gerechtshof in de VS van augustus 2012 in stand. Het vonnis volgt op een weigering van het Supreme Court van de VS vorig jaar, om de zaak in behandeling te nemen, schrijft de Boston Herald.
De belangenbehartiger van de muziekindustrie, de RIAA, begon de zaak tegen Joel Tenenbaum, een student uit Boston, in 2003. Destijds werden duizenden gebruikers van Napster en Limewire aangeschreven door muzieklabels. De RIAA wilde een vergoeding van 3500 dollar, maar Tenenbaum wilde slechts maximaal 500 dollar betalen: het bedrag van de dertig albums.
Na een jarenlange juridische strijd is het bedrag dus opgelopen tot 22.500 dollar voor het delen van dertig nummers. Wat meewoog voor de jury was de claim dat Tenenbaum doorging met het delen van de tracks na diverse waarschuwingen. "Hij maakte duizenden nummers illegaal beschikbaar en ontkende na de ontdekking hiervan verantwoordelijk te zijn", aldus het oordeel.