Het IJslandse hooggerechtshof heeft geoordeeld dat een lokale betalingsverwerker, Valitor, betalingen aan WikiLeaks moet verwerken. Doet het bedrijf dat niet, dan moet het een dwangsom van omgerekend 5246 euro per dag betalen.
Volgens de rechter is de weigering van Valitor om betalingen te verwerken op geen enkele juridische grond gestoeld. De uitspraak heeft als gevolg dat het bedrijf de betalingen moet verwerken of een dwangsom moet betalen: hoger beroep is niet meer mogelijk, schrijft het financiële persbureau Bloomberg. De dwangsom bedraagt 800.000 IJslandse kronur per dag, oftewel 5246 euro.
Het is voor het eerst dat een betalingsverwerker wordt gedwongen om betalingen aan WikiLeaks te verwerken. Het IJslandse Valitor is de lokale partner van MasterCard en Visa, twee bedrijven waarmee WikiLeaks al langer overhoop ligt. Volgens WikiLeaks begon Valitor met de blokkade nadat WikiLeaks documenten over fraude in de bankensector vrijgaf.
Voorman Julian Assange van WikiLeaks noemt de beslissing van de rechter in een reactie een 'overwinning voor de vrijheid van meningsuiting'. "Dit is een overwinning op economische censuur van journalisten en uitgevers. We bedanken het IJslandse volk, dat heeft laten zien dat het niet buigt voor machtige bedrijven als Visa, die gesteund worden door de Amerikaanse regering."
Overigens heeft de uitspraak voor mensen buiten IJsland geen directe gevolgen: MasterCard en Visa weigeren zelf ook om betalingen aan WikiLeaks te verwerken. Die twee bedrijven besloten daartoe toen WikiLeaks gevoelige, interne Amerikaanse overheidsdocumenten publiceerde. Sinds de blokkade werd ingesteld is een discussie ontstaan over de vraag of betalingsverwerkers hun macht daarmee misbruiken. WikiLeaks-sympathisanten voerden na de beslissing van MasterCard en Visa ddos-aanvallen uit op de servers van die twee bedrijven, evenals op PayPal, dat ook niet meer met WikiLeaks wilde samenwerken.