Intel heeft in een persverklaring laten weten dat de chipfabrikant en de Federal Trade Commission de rechter gezamenlijk hebben gevraagd om uitstel van de rechtszaak die zou plaatsvinden naar aanleiding van een antitrustonderzoek van de FTC.
Het gevraagde uitstel tot 22 juli zou beide partijen de tijd geven om gesprekken over een eventuele schikking te voeren. De FTC, de Amerikaanse evenknie van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, heeft in juni 2008 besloten een antitrustonderzoek naar Intel in te stellen. Een half jaar eerder leek dat onderzoek van de baan, maar de waakhond besloot toch te onderzoeken of Intel illegale prijsafspraken met computerleveranciers heeft gemaakt omtrent de levering van zijn processors. Onderzoek in Europa en Azië leidde al tot een boete van meer dan een miljard euro wegens misbruik van Intels marktpositie.
Door uitstel van de rechtszaak tot 22 juli aan te vragen hoopt Intel met de FTC tot een schikking te kunnen komen, zo laat Intel in een verklaring weten. In december vorig jaar stelde de FTC Intel in staat van beschuldiging voor het maken van prijsafspraken en misbruik van zijn marktpositie om zijn processors aan computerfabrikanten te verkopen. Intel zou bedrijven hebben verboden om processors van concurrenten, waaronder AMD, af te nemen. Een schikking zou naar alle waarschijnlijkheid minder kosten dan een eventuele boete.