Microsoft introduceert in IE8 een tag waarmee een specifieke rendermethode gekozen kan worden. Daarmee moeten de problemen die het bedrijf met de introductie van IE7 ondervond, worden voorkomen.
In een poging om aan webstandaarden te voldoen zonder dat bestaande websites herschreven moeten worden, introduceert Microsoft met Internet Explorer 8 een nieuwe methode om te kiezen hoe een pagina gerenderd moet worden. Naast de al bestaande quirks mode, voor backwards compatibility, en de standards mode, die de webbrowser aan de W3C-standaarden conformeert, komt er nu ook een tag waarmee de ontwikkelaar kan aangeven met welke versie van welke browser een pagina optimaal weergegeven wordt. Zo kan een pagina die voldoet aan door IE8 ondersteunde standaarden middels de meta-tag door IE8 gerenderd worden, maar de developer kan er ook voor kiezen een andere IE-versie - of zelfs Firefox - als renderengine te gebruiken.
De keuze voor deze 'versiespecifieke rendering' komt voort uit de problemen die de introductie van Internet Explorer 7 veroorzaakte. Omdat veel webdevelopers rekening hielden met de eigenaardigheden van IE6, werden pagina's voor Internet Explorer en niet volgens W3C-standaarden geschreven. Internet Explorer 7 hield zich een stuk beter aan de W3C-standaarden, waardoor de workarounds die in IE6 een fatsoenlijke pagina opleverden, in de nieuwe browser juist voor extra problemen zorgden.
Aangezien Internet Explorer 8 de standaarden beter volgt dan zijn voorgangers, bestaat de vrees dat een groot aantal webpagina's opnieuw verkeerd gerenderd wordt met de overstap naar IE8. De nieuw geïntroduceerde meta-tag kan dit voorkomen, door aan te geven dat een browser een bepaalde rendering-methode op de pagina moet loslaten. Op deze manier zou zowel de backwards compatibility als het vermogen van pagina's met verschillende browsers te werken gewaarborgd moeten worden.