Linux-kerneldeveloper Greg Kroah-Hartman heeft zijn toehoorders gisteren tijdens de O'Reilly Open Source Conference voorgehouden dat de Linux-kernel niet voorzien zal worden van ondersteuning voor één specifieke virtualisatietechnologie. De reden daarvoor is dat XenSource en VMware, de twee spelers die hun technologie in de kernel zouden willen hebben, nog niet tot een gezamenlijke oplossing hebben kunnen komen. Zowel XenSource als VMware ontwikkelen virtualisatie- en hypervisorsoftware en beide bedrijven zouden ook graag zien dat hun technologie in de Linux-kernel wordt opgenomen. De technologieën van de twee bedrijven zijn echter incompatibel. De kernelmaintainers hebben dit aan XenSource en VMware laten weten en ook verteld dat er gezocht moet worden naar een gezamenlijke oplossing, zodat Linux met beide producten kan samenwerken.
Het is echter geen eenvoudige taak om XenSource en VMware met elkaar in gesprek te laten komen en inmiddels zijn daarom enkele neutrale partijen bij de gesprekken betrokken. Vooralsnog ziet het er evenwel niet naar uit dat een oplossing op korte termijn verwacht kan worden. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat Xen in de kernel geïntegreerd zou worden, wat zou betekenen dat Linux alleen bovenop de Xen-hypervisor zou kunnen draaien en dat Linux niet zou kunnen omgaan met de VMware-hypervisor. Dat ging echter niet door, omdat besloten werd dat er een generieke hypervisorinterface in de kernel moest komen. Volgens XenSource bestaat er echter al een interface die gebruikt kan worden voor de communicatie tussen hypervisors en Linux-kernel. Deze wordt al gebruikt in de Xen-implementaties bij Novell en Red Hat. De mening van VMware over deze software is vooralsnog onbekend.