Op C|Net lezen we dat de eisen voor het gebruik van Windows Datacenter Edition versoepeld zijn. Deze high-end serverversie was enkel verkrijgbaar wanneer zeer specifieke hardware gebruikt werd. Bovendien waren bedrijven die een dergelijk systeem in gebruik wilden nemen verplicht dit te laten bouwen en ondersteunen door gelicensieerde systeembouwers als IBM en Unisys. Deze week meldde IBM echter dat klanten niet langer verplicht zijn onderhoudscontracten aan te schaffen en dat ook hardware die door IBM goedgekeurd wordt gebruikt mag worden. Bovendien mogen klanten en resellers nu ook hun eigen Datacenter-servers bouwen in plaats van voorgeconfigureerde systemen te bestellen. Volgens analisten is deze versoepeling een reactie op de vraag van klanten om gemakkelijker en goedkoper toegang te krijgen tot de Datacenter-editie van Windows, iets wat alleen maar positief kan zijn voor Microsoft. Bovendien ontstond er door de strenge voorwaarden een soort van paradox.
Klanten die behoefte hebben aan het gebruik van Windows Datacenter waren immers verplicht zich bij de hand te laten begeleiden en konden geen initiatief nemen, alhoewel het net die klanten zijn die de nodige kennis in huis hebben om dergelijke systemen te onderhouden. Bedrijven die tot nog toe weerhouden werden van stap naar Datacenter te maken vanwege de prijs kunnen dat nu doen voor ongeveer twee derde van het oude bedrag doordat ze niet langer verplicht zijn ondersteuning bij te kopen. Volgens een woordvoerder van IBM is het echter niet alleen Microsoft dat aan een opmars in de high-end-servermarkt bezig is, ook Linux zit momenteel in een stijgende lijn.