Microsoft en Intel werken aan een project om allerlei verschillende apparaten, van computeraccessoires tot consumentenelektronica, samen te laten werken via een nieuw webserviceprotocol. De twee bedrijven hebben de specificatie, genaamd WS-Discovery, afgelopen dinsdag samen met Canon en Java-softwareproducent BEA Systems aan de pers gepresenteerd tijdens het IDF. Het nieuwe protocol is ontwikkeld voor apparaten die geen doorlopende netwerkverbinding hebben, bijvoorbeeld door een gelimiteerde accucapaciteit of omdat er geen doorlopende netwerkverbinding opgezet kan worden. Een PDA, bijvoorbeeld, kan via dit protocol gebruikmaken van lokale services, zoals een printer- of bestandsserver, zonder een constante verbinding te hoeven onderhouden. De verbinding wordt namelijk pas opgezet op het moment dat die ook daadwerkelijk noodzakelijk is en wordt ook zo snel mogelijk weer afgebroken om energie te sparen.
Wanneer de verbinding wordt opgezet, gaat het apparaat op zoek naar apparatuur waarmee gecommuniceerd kan worden en worden de benodigde verbindingen opgezet. Het is de bedoeling dat het WS-Discovery-protocol een officiële standaard gaat worden, maar wanneer en bij welke standaardenorganisatie is nog niet bekend. Producten die gebruik kunnen maken van deze specificatie zullen volgend jaar op de markt gaan verschijnen. Op dit moment wordt het vergelijkbare Universal Description Discovery and Integration-standaard al gebruikt. Dit protocol vereist echter een constante netwerkverbinding en heeft, in vergelijking met WS-Discovery, meer bandbreedte nodig. Experts hebben aangegeven het UDDI-protocol vooral goed te vinden voor vaste netwerken, draadloze netwerken en allerlei randapparatuur zouden meer gebaat zijn bij het nieuwe protocol.