Na vele previews, geruchten en speculaties heeft ATi gisteren de Radeon 9700, de Radeon 9500 Pro en de Radeon 9500 officieel geïntroduceerd. Met de introductie van de Radeon 9700 Pro heeft ATi de koppositie weten te veroveren wat betreft de snelste videokaart. Echter de verkoopcijfers van deze VPU (Visual Processing Unit) blijven aanzienlijk achter ten opzichte van nVidia's GeForce4 productfamilie. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat de meeste consumenten een goedkopere videokaart kopen. Om ook in deze markt te kunnen concurreren heeft ATi nu dus deze nieuwe Radeons geïntroduceerd.
Veranderingen
De nieuwe Radeons zijn allemaal afgeleid van dezelfde VPU, die ook in de Radeon 9700 Pro werd gebruikt. De 9500 Pro is gebaseerd op exact dezelfde VPU als de 9700 Pro. De eerstgenoemde heeft echter maar twee 64-bit DDR-geheugen controllers, waardoor de geheugenbandbreedte bij gelijkblijvende kloksnelheid logischerwijs wordt gehalveerd. De 9500 (zonder 'Pro' dus) heeft naast deze kleinere bandbreedte ook nog de helft minder renderingpipelines in vergelijking met de Radeon 9700 Pro. Aangezien de 9700 Pro acht renderingpipelines heeft, blijven er in de 9500 dus nog slechts vier over.
De Radeon 9700 (zonder 'Pro') heeft als enige beperking ten opzichte van zijn 'Pro' variant een lagere kloksnelheid. Deze komt op 275MHz/270MHz (VPU/geheugen). De originele Radeon 9700 Pro heeft een kloksnelheid van 325MHz/310MHz. Ook de kloksnelheid van de 9500 en de 9500 Pro zijn lager dan het topmodel. Deze twee VPU's zijn, evenals de 9700 geklokt op 275MHz/270MHz.
Productie
Afgezien van deze snelheidsbeperkende maatregelen zijn de drie nieuwe Radeons identiek aan de Radeon 9700 Pro. Tijdens de ontwikkelingen van de productielijnen van de nieuwe Radeonserie heeft ATi er alles aan gedaan om eenvoudig en goedkoop langzamere modellen te kunnen produceren gebaseerd op dezelfde core. In tegenstelling wat Intel in het verleden heeft gedaan met Pentium III's waarbij aanwezige cachechips op de processor werden uitgeschakeld om zo een goedkopere variant te verkrijgen, zijn de goedkopere Radeons ook daadwerkelijk niet voorzien van bepaalde onderdelen. Met name bij de Radeon 9500, waar dus vier renderingpipelines ontbreken, heeft dit een aanzienlijke verlaging van de hoeveelheid aanwezige transistors tot gevolg. De Radeon 9700 en 9500 worden alleen geproduceerd volgens het 0,15 micron procédé en zijn voorzien van AGP8x ondersteuning en DirectX 9 support.

Reviews
Uiteraard zijn er direct na de release van de nieuwe Radeons een flink aantal reviews verschenen op diverse sites. Hieronder zijn een aantal links te vinden naar uitgebreide reviews van de nieuwe ATi VPU's. De conclusie is in de meeste gevallen redelijk overeenkomstig. De ATi's hebben als voordeel dat ze volledig DirectX 9 compatible zijn en in de meeste gevallen sneller dan hun directe concurrenten van nVidia. Met name wanneer anisotropic-filtering en full-scene anti-aliasing wordt ingeschakeld zijn de Radeons aanzienlijk sneller dan de GeForce4-serie.
Het enige nadeel wat op dit moment nog geldt is dat de prijzen van de ATi kaarten waarschijnlijk iets hoger komen te liggen dan de nVidia kaarten die een gelijke performance laten zien. Dit nadeel zal echter spoedig verdwijnen omdat adviesprijzen vrijwel altijd hoger liggen dan de daadwerkelijke prijs die resellers vragen. De marktleider van dit moment, nVidia, zal het waarschijnlijk dus moeilijker krijgen de komende tijd, aldus de reviewers.
Reviews: