Nederlandse leerlingen beheersen slechts de elementaire vaardigheden om met computers en digitale informatie om te gaan. Dat stelt de Inspectie van het Onderwijs in de Staat van het Onderwijs 2025. Scholen besteden volgens het rapport onvoldoende aandacht aan digitale geletterdheid.
Volgens de Staat van het Onderwijs 2025 toont internationaal onderzoek aan dat leerlingen uit leerjaar 2 in het voortgezet onderwijs voor computer- en informatiegeletterdheid gemiddeld niveau 1 behalen. Dit omvat het omgaan met computers en het kunnen opzoeken, beoordelen en produceren van digitale informatie.
Niveau 2 wordt echter gezien als basisniveau om effectief deel te kunnen nemen aan een digitale maatschappij. Volgens de Onderwijsinspectie scoort Nederland daarmee internationaal gezien onder het Icils-gemiddelde. De Icils-landen bestaan voornamelijk uit Europese (OESO)-landen.
Bijna alle schoolleiders en zo’n driekwart van de leerkrachten onderschrijven volgens hun collega’s het belang van aandacht voor digitale geletterdheid in het basisonderwijs, aldus de Onderwijsinspectie. Desondanks implementeerde bijna de helft van de scholen hun visie nog niet of nauwelijks in schoolbeleid of concrete activiteiten. Ook in het voortgezet onderwijs wordt er in de klas volgens leraren en leerlingen relatief weinig aandacht besteed aan digitale geletterdheid.