Rusland heeft sinds het Oekraïne binnenviel en een oorlog startte voor honderden miljoenen dollars aan Amerikaanse chips ingekocht via onder meer bedrijfjes in China en Hongkong. Dat zou niet mogelijk moeten zijn.
De kleine bedrijven in Hongkong en China verkopen de Amerikaanse chips, waaronder Intel-processors, aan kleine bedrijven in Rusland, meldt de Japanse zakenkrant Nikkei op basis van eigen onderzoek. Voor de invasie verkochten Chinese bedrijven voor 51 miljoen dollar aan chips aan Russische bedrijven, sinds de invasie gingen er Amerikaanse chips ter waarde van 570 miljoen dollar via China naar Rusland.
Zo noemt Nikkei het voorbeeld van AGU, een bedrijf uit Hongkong dat in april vorig jaar, dus na de invasie, is opgericht. Het verkocht Intel-processors aan Atlas, een Russisch bedrijf dat in 2021 vrijwel geen handel dreef en na de invasie ineens actief werd. Intel ontkent dat AGU een leverancier is van Intel-processors.
Het onderzoek toont aan dat Rusland ondanks de sancties vanwege de invasie op beperkte schaal aan Amerikaanse chips kan komen. Het is onduidelijk of dat in zijn geheel te voorkomen was geweest. Het is onduidelijk wat Rusland met de chips heeft gedaan. Eerder werd al duidelijk dat via dezelfde weg, tussenhandelaren, Nederlandse chips ook in Rusland terecht kwamen.