De personen achter de opensourceprojecten re3 en revc vechten de rechtszaak aan die Take-Two Interactive tegen hen is gestart. Take-Two meent dat de projecten inbreuk maken op de auteursrechten op GTA III en GTA Vice City, maar de makers ontkennen dat.
De projecten gebruiken volgens de makers geen eigendom van Rockstar, waardoor het auteursrecht niet geschonden zou zijn. De modders beweren dat enkel de machinecode van de games is reverse-engineered. De groep stelt dat het project was bedoeld om aanvullingen te maken aan de gamecode, en niet om het simpelweg te kopiëren. Daarom zou het project transformatief zijn en vallen onder fair use.
Re3 en revc reverse-engineerden de broncode van respectievelijk GTA III en GTA Vice City. Daarmee werden de games speelbaar op consoles waar ze oorspronkelijk niet op uitgebracht werden, zoals de Nintendo Switch en PlayStation Vita. Ook was het project gericht op het verbeteren en aanpassen van de games. Onder meer de laadtijden werden verkort, en de games kregen ondersteuning voor bredere monitors. Aangezien het een opensourceproject was, stond de hele broncode openbaar op GitHub.
Take-Two meldde in zijn aanklacht dat het project 'opzettelijk en kwaadaardig' de broncode en 'overige content' kopieert, aanpast en verspreidt. Daarom eiste het bedrijf een schadevergoeding, die tijdens een rechtszaak bepaald moet worden. Als alternatief kon de groep ook 150.000 dollar betalen per werk waar inbreuk op gemaakt wordt. Het bedrijf eiste verder dat de modders al hun materiaal overhandigden en dat de broncode offline werd gehaald.
Het project werd via een copyrightverzoek op basis van de DMCA-wetgeving van GitHub gehaald. De makers schreven toen al dat ze het niet eens waren met de argumentatie van Take-Two, en deden een verzoek op GitHub om het project weer online te zetten. Aangezien Take-Two niet op tijd reageerde lukte dat tijdelijk, totdat het gamebedrijf opnieuw een DMCA-verzoek indiende.