De meeste thuiswerkende Nederlanders gebruiken eigen hardware om dat te doen, blijkt uit een enquête van TNO. Zo gebruikt 39 procent een eigen losse monitor voor thuiswerken en is de helft van de muizen van de werknemers zelf.
Werkgevers verstrekken het meest monitoren, maar bij goede bureaus is dat minder gebruikelijk, concludeert TNO. Bij 4,6 procent van de ondervraagden die zeggen een goed bureau te hebben, is dit van de werkgever. Bij de meeste mensen stond al een geschikt bureau thuis voor de coronacrisis; dat was bij 64 procent van de thuiswerkenden het geval. Ongeveer 32 procent van de thuiswerkenden met een goed bureau kocht die voor het thuiswerken tijdens de crisis. TNO heeft alleen gevraagd naar bureaus, bureaustoelen, losse muizen en losse monitoren.
In totaal zei 39 procent van de ondervraagden eind 2020 over alle middelen te beschikken om goed thuis te kunnen werken. Ten opzichte van een eerdere peiling medio 2020 is dat percentage wel gestegen, want toen was het 33 procent. Ongeveer 45 procent zegt behoefte te hebben aan extra middelen om goed thuis te kunnen werken.
Thuiswerken is een van de adviezen die in elke fase van de pandemie zal blijven gelden, blijkt uit de deze week gepubliceerde routekaart. Het dringende advies om thuis te werken wordt volgens het onderzoek vaak opgevolgd. Ongeveer 14 procent van de werknemers zegt dat ze vaker thuis zouden kunnen werken, maar dat niet te doen. Van alle thuiswerkers zegt 25 procent na de crisis weer volledig op kantoor te willen werken. Ongeveer 30 procent wil volledig vanuit huis werken, terwijl de rest, 45 procent, ongeveer de helft van de tijd thuis wil zijn en de andere helft op kantoor. Het NEA Covid-19-onderzoek van TNO is gedaan in november 2020 door middel van een vragenlijst die 10.609 mensen volledig hadden ingevuld.