CERN zet tienduizend processorcores in voor het gedistribueerde computingproject Folding@home om mee te helpen bij het analyseren van het nieuwe coronavirus en zo een vaccin te kunnen ontwikkelen.
CERN doneert de rekenkracht van tienduizend cpu-cores van systemen in zijn voornaamste datacenter die op de lijst stonden om vervangen te worden, meldt Jan van Eldik van de Compute and Monitoring-divisie van CERN IT. Het instituut meldt dat de hoeveelheid cores slechts een derde betreft van het totale aantal werkeenheden dat het voor Folding@home inzet. De rest is afkomstig van andere computingcentra rond de Large Hadron Collider.
CERN heeft veel rekenkracht nodig om de grote hoeveelheid data die de deeltjesversneller oplevert, te kunnen verwerken en analyseren. Ondanks hun bijdragen staan CERN en de LHC-teams op het moment van schrijven gezamenlijk op plek 91 van Folding@homes lijst van grootste donateurs van rekenkracht. Het Nederlandse team Dutch Power Cows staat op plek 49.
Covid-19 is een van de projecten waarop Folding@home zich richt en gebruikers kunnen het meerekenen hieraan als prioriteit instellen. Het doel is om de wetenschap te helpen om een zogenoemd spike-eiwit van het coronavirus te helpen begrijpen. Dit eiwit aan het oppervlak van het virus hecht zich aan een eiwit van een menselijke longcel om het virale genetische materiaal in de cel te injecteren. Om de structuur van het eiwit, de manieren waarop het kan vouwen en de interactie met de receptor te analyseren, is veel rekenkracht vereist. Folding@home biedt inmiddels meer rekenkracht dan de grootste supercomputers ter wereld bij elkaar.