De Belastingdienst moet uiterlijk 1 januari 2020 het burgerservicenummer uit het btw-nummer verwijderen en nieuwe nummers verstrekken. De Autoriteit Persoonsgegevens zei dat eerder ook al, maar door de uitspraak zijn er meer opties voor handhaving.
De rechtbank Amsterdam deed de uitspraak in een zaak die in 2016 door jurist Isabelle Wárlám is aangespannen. Wárlám schrijft dat door het vonnis de handhaving van het verbod nu in haar eigen handen ligt. Ze stelt dat het niet ondenkbaar is dat de Autoriteit Persoonsgegevens zelf het verbod pas later gaat handhaven, omdat de toezichthouder de Belastingdienst in dezelfde kwestie vaker uitstel heeft gegeven. Met het vonnis is er nu een stok achter de deur, aldus de jurist.
Eind vorig jaar bepaalde de Autoriteit Persoonsgegevens dat de aanwezigheid van het bsn in btw-nummers van eenmanszaken in strijd is met de wet. De AP legde daarom een verwerkingsverbod op dat op 1 januari 2020 ingaat. De uitspraak van de rechtbank is in lijn met dat verwerkingsverbod.
In de zaak verzocht Wárlám om een nieuw btw-nummer, waar haar bsn niet in is verwerkt. De rechtbank oordeelt dat dit verzoek toewijsbaar is, op grond van het recht op gegevenswissing in de AVG. De Belastingdienst krijgt vanwege 'continuïteitsbelangen' echter tot 1 januari 2020 om hieraan te voldoen.
Zzp'ers strijden al jaren tegen het gebruik van hun burgerservicenummer in hun btw-nummer. Na verzoeken van zelfstandigen stelde de Autoriteit Persoonsgegevens in juni 2017 een onderzoek in naar het gebruik van het bsn door de Belastingdienst.