Onderzoekers van het Amerikaanse MIT hebben in samenwerking met Toyota een systeem voor zelfrijdende auto's ontwikkeld dat werkt zonder gedetailleerde kaarten van een gebied. Ze combineren basale kaarten met informatie uit sensoren aan de auto.
De wetenschappers stellen in hun onderzoek dat zelfrijdende auto's in hoge mate afhankelijk zijn van gedetailleerde en geannoteerde kaarten, die bijvoorbeeld bochten en verkeersborden aangeven. Dit wordt een probleem zodra een autonome auto in een gebied komt dat niet precies genoeg in kaart is gebracht. Hun zelfontwikkelde systeem, dat de naam MapLite draagt, moet hiervoor een oplossing bieden. Het maakt gebruik van basale Openstreetmap-kaarten zonder veel details. Vervolgens bepaalt de auto aan de hand van verschillende sensoren, waaronder lidar en gps, waar hij zich precies bevindt. Op die manier moet de auto een weg kunnen nemen die daarvoor nog niet is bezocht.
Hun benadering van het zogenaamde mapless rijden, waarvan er verschillende zijn, zou als voordeel hebben dat het niet nodig is om gedetailleerde kaarten actueel te houden. De onderzoekers vermelden wel dat de dataset aan kaarten van Openstreetmap de geldende verkeersregels voor elk wegdeel bevat. Met behulp van de lidar, in dit geval een HDL-64 van Velodyne, is het mogelijk om 35 meter voor de auto uit te kijken. Daardoor moet het volgens de onderzoekers mogelijk zijn om snelheden boven de 107km/u te behalen. Als de dataverwerking parallel op een gpu zou plaatsvinden, zou de snelheid nog verhoogd kunnen worden.
Een van de onderzoekers, Teddy Ort, zegt tegen IEEE Spectrum dat een wereldwijde kaart die geschikt is voor hun systeem, op een usb-drive zou passen. Een gedetailleerde kaart van een kleine stad zou daarentegen al enkele gigabytes ruimte vereisen. Een van de nadelen van hun aanpak zou de controle op de veiligheid van de weg zijn. Bij wegen waar al auto's overheen hebben gereden, zou dat minder moeilijk zijn. Een andere beperking is dat het systeem nog niet in staat is om over wegen in de bergen te navigeren, doordat het niet kan omgaan met scherpe stijgingen en dalingen.