De Raad voor Cultuur, een adviesorgaan van de Nederlandse regering voor cultuur en media, vindt dat partijen als Netflix, Amazon, Google en Facebook meer Nederlandse producties moeten maken en een deel van hun inkomsten moeten afstaan voor de financiering hiervan.
Directeur Jeroen Bartelse zegt in een gesprek met de Volkskrant te denken aan een verplicht quotum van vijftien procent Nederlandse producties op het totaal van het aanbod dat streamingdiensten als Netflix en Amazon Prime leveren. Volgens hem bestaat een dergelijke verplichting al voor publieke en commerciële omroepen en moet dit ook worden ingevoerd voor on demand diensten, omdat deze ook programma's maken die op de Nederlandse markt zijn gericht.
Bartelse hoopt dat de Nederlandse audiovisuele sector met een systeem van heffingen en quota beter kan meekomen met wat bedrijven als Netflix, Google, Facebook, Apple en Amazon aanbieden. In het rapport genaamd Zicht op zo veel meer stelt de Raad dat er sprake is van een 'winner takes all-markt', waarbij Nederlands advertentiegeld steeds meer naar deze buitenlandse aanbieders stroomt. Hierdoor komt de Nederlandse film- en tv-industrie volgens de Raad steeds meer in de verdrukking, wat zou leiden tot een situatie waarin de verspreiding van de Nederlandse culturele en publieke waarden onder druk komt te staan.
De Europese Commissie heeft in 2016 al de wens uitgesproken dat minimaal twintig procent van het aanbod van on demand services uit Europese producties bestaat. Dit is vervat in de Richtlijn audiovisuele mediadiensten. EU-lidstaten moeten hun nationale wetgeving hiermee in lijn brengen. Dat heeft de Franse regering bijvoorbeeld al gedaan.
In de richtlijn staat de algemene regel dat lidstaten on demand kanalen kunnen verplichten om de vervaardiging en verspreiding van Europese producties te promoten om daarmee een actieve bijdrage te leveren aan de bevordering van de culturele verscheidenheid. Op dit moment is een voorstel in de maak om de richtlijn te updaten met de mogelijkheid voor lidstaten om financiële bijdragen te eisen van on demand kanalen die in een ander land zijn gevestigd, maar die met hun producten op het publiek in de desbetreffende lidstaat zijn gericht.
De Raad voor Cultuur is het belangrijkste adviesorgaan van de regering voor het beleid voor de cultuur- en mediasector, maar zijn adviezen zijn niet bindend. De regering moet er wel op reageren.