De TU Delft heeft een productiemethode voor amorf-siliciumzonnecellen ontwikkeld waarmee de productiesnelheid kan worden vertienvoudigd, zonder dat het rendement daalt. De prijzen van de zonnecellen kunnen daardoor dalen.
Promovendus Michael Wank van de TU Delft richtte zich bij zijn onderzoek op zonnecellen die gemaakt worden van amorf silicium. Het rendement van deze cellen is niet hoog, maar vergeleken met zonnecellen van kristallijn silicium zijn ze goedkoop te produceren.
"Door de eigenschappen van het materiaal volstaan veel dunnere laagjes, van circa 250 nanometer dik, dan bij kristallijn silicium, waarbij laagjes van 200 micrometer dik gebruikt worden", verklaart Miro Zeman, hoogleraar Photovoltaic Materials and Devices bij de TU Delft en promotor van Wank. Volgens Zeman is de prijs echter nog te hoog, omdat de productietechniek te traag is. "De snelheid van het aanbrengen van een laagje bedraagt ongeveer 0,1 nanometer per seconde. Daardoor duurt het aanbrengen van een volledige laag van 250 nanometer ongeveer 40 minuten."
Voor het maken van amorf silicium gebruikte Wank een nieuwe methode, die ontwikkeld is door de Technische Universiteit Eindhoven. Met behulp van deze etp-cvd-techniek nam de snelheid met een factor tien toe tot 1 nanometer per seconde. Het rendement bleef ongewijzigd op 7 procent. Etp-cvd werkt echter normaliter op een temperatuur van 350 graden Celsius en bij deze temperatuur raken zonnecellen beschadigd. Wank verfijnde de techniek daarom zodat de productie ook op 200 graden kan plaatsvinden. Hiertoe bombardeerde hij het aangroeiende oppervlak met ionen.
Een ander voordeel van de nieuwe methode, behalve de snelheid, is dat de machines voor de productie relatief klein kunnen blijven. Volgens Zeman kan de technologie leiden tot een aanzienlijke verlaging van de productiekosten en zijn de resultaten zeer interessant voor de zonnecelindustrie.