Inleiding
Wie in 2009 besloot een laptop te kopen, had weer genoeg te kiezen. Sterker nog: de fabrikanten besloten het de consument weer wat moeilijker te maken door een vrijwel nieuw segment in het leven te roepen: die van thin & light-, oftewel dunne en lichte notebooks, voor consumenten.
Er gebeurde echter veel meer op laptop-gebied. De opmars van de mobiele systemen ten opzichte van desktops ging gestaag verder, de krachtige Nehalem-architectuur van Intel deed zijn intrede bij gamenotebooks, mobiele workstations en multimedia-laptops, en laten we de netbooks en Nvidia's Ion niet vergeten, die een stevige stempel op de notebook-markt van 2009 drukten. Verder deed ook AMD een duit in het zakje door met zijn Yukon- en Congo-platfom te komen en zijn Vision-initiatief uit de doeken te doen, waarmee het bedrijf een heldere aanduiding van het gebruik en de prestaties van AMD-notebooks hoopt te geven.
Ten slotte zagen we opnieuw dat enkele kleine fabrikanten snel weten in te springen op trends, dat Acer zijn marktaandeel ten koste van Dell wist te vergroten en dat Apple zonder spectaculaire introducties toch zijn voortrekkersrol wist te handhaven.
Dun en licht: gat in de markt?
Als 2008 het jaar van de netbooks was, zou 2009 het jaar van de thin & light-notebooks worden, bedacht Intel. In 2008 bestond er volgens de laptopindustrie een gat tussen enerzijds de mainstream-notebooks en anderzijds de netbooks, met hun kleine schermen en niet bijster krachtige onderdelen.
Intel bedacht dat een groot deel van de consumenten de voordelen van netbooks - mobiel en lange accuduur - wel inzag, maar toch ook wat grotere schermen en toetsenborden en vooral betere prestaties wilden. Misschien lieten ze zich ook wel afschrikken door de aanwezigheid van het 'bejaarde' OS Windows XP of Linux-modellen, al waren deze laatste in Nederland nauwelijks te vinden. De fabrikant had al wel energiezuinige processors die fabrikanten in staat stelden dunne notebooks te maken, maar deze waren voor de zakelijke markt en zeer prijzig.
In het begin van het tweede kwartaal introduceerde Intel daarom zonder veel tamtam het consumer ultra low voltage-platform door de prijzen van zijn zuinige mobiele cpu's te verlagen en enkele nieuwe modellen te introduceren. Pas bij de Computex in juni liet de gigant werkelijk horen hoeveel vertrouwen het in het platform had: 'The future is ultra-thin', verklaarde Intel.
Een paar maanden daarvoor liet MSI op de Cebit in Hannover zien snel op trends in te kunnen spelen door zijn eerste op culv gebaseerde dunne modellen in de X-Slim-serie te demonstreren. Bij gesprekken aldaar lieten de ontwerpers weten zich bij het ontwikkelen van de X-Slim-modellen te hebben laten inspireren door de MacBook Air. Begin 2008, ver voor de komst van het culv-platform, had Apple immers al zijn flinterdunne MacBook uitgebracht.
Dat Apple een voortrekkersrol heeft, blijkt ook uit het feit dat steeds meer fabrikanten in 2009 met luxe dunne modellen kwamen, zonder veel interfaces en niet altijd met hoge specificaties, maar wel met enkele innovatieve eigenschappen, terwijl in gevallen zelfs het uiterlijk aan de MacBook Pro-modellen van Apple deed denken.
Zo introduceerde HP zijn luxe Envy- serie en kwam Dell met dunne Adamo-modellen. Apple zelf gaf zijn MacBook Pro's bescheiden updates, maar verlaagde wel de prijzen. Belangrijke innovaties die Apple breed over zijn MacBook-line up heeft uitgerold en die we meer gaan zien in 2010 zijn mini-displayport en touchpads met geïntegreerde knoppen. Op Tweakers.net bleken de laptops van Apple overigens erg populair.
HP, Acer, Toshiba, Samsung, Asus, Dell; allemaal kwamen ze met betaalbare thin & lights, maar de verkoop viel uiteindelijk flink tegen. In 2008 konden Intel en de laptopindustrie niet vaak genoeg benadrukken hoeveel netbooks er werden verkocht, maar over de populariteit van de dunne consumentennotebooks bleef het oorverdovend stil. Alleen Acer durfde toe te geven dat het segment lang niet zo succesvol was als gehoopt. De opbrengst uit ultraportables daalde ten opzichte van 2008 zelfs met maar liefst 23 procent.

Mogelijk drukte de recessie de verkoop, maar een andere verklaring is dat veel consumenten de voorkeur gaven aan mainstreamnotebooks. Wie een beetje zoekt kan namelijk voor dezelfde prijs als die van thin & lights, ongeveer vijf- a zeshonderd euro, een laptop vinden die misschien niet zo licht en dun is, maar wel aanzienlijk krachtiger onderdelen heeft. Een andere verklaring is dat netbooks toch veel meer marktaandeel van de overige notebooks afpakken dan verwacht: ten opzichte van 2008 steeg de opbrengst uit netbook-verkoop met 72 procent. Intel beweerde begin dit jaar dat de 'kannibalisatie' van netbooks ten opzichte van notebooks ongeveer twintig procent zou bedragen. Netbooks bleven dit jaar enorm populair, mede omdat Nvidia de mini-notebooks betere grafische prestaties gaf met zijn Ion-platform en Intel fabrikanten toestond modellen te maken met een schermresolutie van 1366x768.
AMD's visie
AMD heeft de netbook-markt vorig jaar en ook dit jaar grotendeels links laten liggen. Aanvankelijk maakte het bedrijf bekend dat het aan een Atom-concurrent zou werken, maar waarschijnlijk zag AMD in dat het de achterstand op Intel wat ontwikkeling en productieprocede op dit vlak niet kon goedmaken, want gaandeweg begon het bedrijf het fenomeen netbook te downplayen. Ongetwijfeld speelt mee dat er niet veel marge te halen valt voor het financieel toch al geplaagde AMD. Het bedrijf heeft meermalen uitgesproken dat de schermen van netbooks te klein zijn, de prestaties te laag en de netbook-bezitters vaak ontevreden.
Het bedrijf richtte dan ook zich meer op krachtiger ultraportables voor consumenten. Volgens AMD was er een grote markt voor betaalbare 'ultradunne' notebooks met een schermgrootte tussen de 12" en 14". Begin 2009 introduceerde AMD zijn Yukon-platform, dat bestond uit een op 65nm geproduceerde Athlon Neo MV-40-cpu met een kloksnelheid van 1,6GHz, naast een M690T-chipset met Radeon X1250-igp en een optionele Mobility Radeon HD 3410-gpu. De eerste laptop op basis van Yukon was de dv2 van HP.
Inclusief deze gpu verbruikt het platform ongeveer 35W. Belangrijk wapenfeit was de mogelijkheid om 1080p-content en eenvoudige games af te spelen. Begin dit jaar waren er nog geen Atom-netbooks die dat konden en Intels eigen poging om fabrikanten warm te maken voor zijn 'Enhanced Media Netbooks'met N280-Atom en GN40-chipset, faalde jammerlijk. Deze onderdelen zorgden wel voor hd-weergave, maar waren eigenlijk maar marginaal sneller en ook duurder, terwijl Nvidia's Ion-chipset met zijn GeForce 9400-videochip veel meer voordelen bood.
Het zou nog tot eind maart duren voor de eerste Yukon-notebook verscheen. De singlecore Athlon Neo bleek ook geen snelheidsmonster, het verbruik van het platform viel tegen en het hiervoor genoemde Ion-platform voor Atoms van Nvidia stond op het punt van uitkomen, waardoor netbooks eenvoudige 3d-games konden draaien en 1080p-content konden weergeven. De komst van een dualcore Atlon Neo was daarna niet voldoende om werkelijk een bedreiging te vormen voor Intels culv-platform en het netbook-geweld.
In september gaf AMD Yukon echter een belangrijke update in de vorm van het Congo-platform. Een Congo-notebook beschikt over een 12"- of 13"-scherm, de M780G-chipset met een ATI Radeon HD 3200-igp, terwijl andere gpu's uit de Radeon HD 3000- en HD 4000-serie toegevoegd kunnen worden voor meer grafische rekenkracht. Een voordeel is de gpu uitgeschakeld wordt als de igp het werk alleen aankan, wat voor een langere accuduur moet zorgen. Bij het bouwen van een Congo-model hebben fabrikanten de keuze uit vier cpu's, waarvan twee singlecores en twee dualcores. Deze chips worden echter nog steeds op 65nm geproduceerd en verbruiken dan ook meer dan Intels culv-modellen.
Voor wie het begint te duizelen bij het zien van al deze specificaties heeft AMD een oplossing bedacht. Alle notebooks die met AMD-onderdelen zijn uitgerust, worden van een Vision-aanduiding voorzien. Een sticker met daarop de naam Vision Premium, Ultimate of Black moet de consument in de winkel duidelijk maken wat de prestaties en de mogelijkheden van modellen zijn.

Zo beschikt een gewone Vision-notebook over basisfunctionaliteit, terwijl een Vision Premium wat weer multimediamogelijkheden biedt en een Vision Ultimate-notebook uitgebreide functionaliteit biedt voor bijvoorbeeld foto- en videobewerking en gaming. De echte high-end-gebruikers moeten op Black Vision-labels voor monstermachines letten. Het eenvoudige schema geeft volgens AMD-medewerkers beter weer wat consumenten kunnen verwachten dan de sterretjes-aanduidingen die Intel gebruikt, omdat ook de gpu-prestaties meegewogen zijn.
Nehalem arriveert op laptops
Het jaar 2009 werd dan wel gedomineerd door introducties van thin & light-modellen, maar eind september kregen juist de workstation-, gaming- en multimedia-segmenten een enorme boost. Toen kwamen namelijk de eerste mobiele processors op basis van Intels Nehalem-architectuur uit. Het ging om drie zogenaamde Clarksfield-modellen: de Core i7 920XM, 820QM en 720QM. De fabrikant bracht eerst deze high-end quadcores uit. De gebruikers van mainstreamnotebooks moeten tot januari wachten op de komst van Nehalem-dualcores.

De prestaties van de Clarksfield zijn aanzienlijk hoger dan die van eerdere processors, onder meer omdat Hyperthreading ervoor zorgt dat de vier cores aan acht draadjes tegelijk kunnen werken, terwijl Turbo Boost het mogelijk maakt één, enkele of alle cores van de processor op een hogere frequentie te laten lopen. Een belangrijke vernieuwing die Clarksfield voor notebooks bracht, is verder de geïntegreerde dualchannel ddr3-geheugencontroller. Verder is ook de pci-e-x16-controller geïntegreerd. Ten opzichte van het Penryn/PM45-platform is Clarksfield/PM55 dus van een ontwerp met drie chips naar een twee-chip-ontwerp gegaan. Het integreren van de geheugencontroller zorgt voor minder energieverbruik, maar belangrijker is dat het een prestatiewinst oplevert, omdat het geheugen sneller aangesproken kan worden.
De PM55-chipset die tegelijkertijd met Clarksfield werd geïntroduceerd, biedt verder ondersteuning voor acht pci-e-x1-lanes, waarbij zowel AMD CrossfireX- als Nvidia sli-configuraties worden ondersteund. Intel richt zich met name op mobiele gamers omdat het verwacht dat de markt voor gamingnotebooks flink gaat groeien en dat er eind 2010 zelfs meer game-laptops dan game-desktops verkocht gaan worden.

Daarmee krijgt de chipfabrikant bijval van onderzoeksbureau DisplaySearch. Ten opzichte van 2008 daalde de omzet uit desktop-replacementlaptops met 12 procent, wat in lijn ligt met de daling van de gehele notebookmarkt, maar voor 2010 wordt een groei voorzien van maar liefst 21 procent, terwijl de overige segmenten in omvang gelijk zouden blijven of gaan dalen. De reden zou zijn dat de prestaties flink gaan toenemen terwijl de prijzen van krachtige laptops gaan dalen.
Wil de voorspelling uitkomen voor notebooks met Clarksfield-cpu's dan zal Intel de prijzen van de drie modellen waarschijnlijk moeten verlagen: bij afname van duizend stuks kost de Core i7 920XM namelijk 1054 dollar, de Core i7 820QM 546 dollar en de 720QM 364 dollar. Geen wonder dat de meeste fabrikanten voor de 720QM gekozen hebben. Zo stopte Dell deze cpu in de Alienware Area-51 M15X en in Studio-modellen en voorzag Toshiba zijn populaire Qosmio X500 van de 720QM.
2010: ook een ultraportable-jaar?
De toekomst is ultradun volgens Intel, maar het is de vraag of de fabrikant dit blijft verkondigen als de verkoop ook in 2010 blijft tegenvallen. De kans is groot dat thin & light in ieder geval in het begin van 2010 niet heel veel populairder gaat worden. Intel heeft dan wel drie energiezuinige Core i7's en een Core i5 op stapel staan voor januari, maar deze zijn voor krachtige ultraportables, die duurder zullen worden dan de huidige modellen. Daar komt bij dat de kans bestaat dat fabrikanten mainstreamnotebooks nog wel even goedkoop blijven aanbieden. Intel brengt immers meer mobiele Core i7's, i5's en i3's op basis van de Nehalem-architectuur uit en wellicht gaan notebook-fabrikanten zich van hun voorraden ontdoen door de prijzen van hun huidige laptops te verlagen.
Belangrijker is dat het Atom-platform voor netbooks begin 2010 een belangrijke upgrade krijgt in de vorm van Pine Trail. De nieuwe Atoms zijn soc's die op 45nm zijn geproduceerd, en een geïntegreerde singlechannel ddr2-geheugencontroller en de GMA 3150-videochip bevatten. De eerste chip, de N450, zal geen snelheidsverbeteringen brengen en nog steeds op 1,6GHz lopen, maar de cpu zal wel voor een langere accuduur zorgen. In maart komt vervolgens de snellere N470, die een kloksnelheid van 1,86GHz heeft. Deze chip zou tevens gecombineerd mogen worden met 2GB geheugen. Halverwege 2010 zouden netbooks met een nieuwe variant van de N450 en de N470 met ddr3 667MHz-geheugen uitgerust gaan worden. Dit zal er ongetwijfeld voor zorgen dat netbooks nog wel even populair blijven.

Dat alles laat onverlet dat er heel wat mooie dunne notebooks uit zullen komen. Intels Arrandale Core i7-, i5- en i3-dualcores beschikken namelijk over chip die bestaat uit een 32nm-core en een 45nm-videochip, wat de omvang van de chipset en het energieverbruik zal doen afnemen en de productie van dunne en zuinige notebooks eenvoudiger zal maken. Zowel de cpu als de gpu zal een boost-functie krijgen, die hogere kloksnelheden mogelijk maakt als daar wat betreft verbruik en warmte-ontwikkeling ruimte voor is. De nieuwe Arrandales maken het bovendien mogelijk automatisch te switchen tussen de geïntegreerde gpu en een dedicated mobiele videokaart, zodat Intel met zijn komende chips een mooie combinatie van hoge prestaties en laag verbruik in handen heeft.
AMD zal in 2010 al zijn mobiele processors op 45nm produceren. Daarmee loopt de underdog achter op zijn grote rivaal, maar dat betekent niet dat we AMD moeten afschrijven. De grote troef die het bedrijf heeft zijn de ATI Mobility-videochips. Mogelijk dat dit voordeel zich in 2010 beter zal laten verzilveren, als de krachtige Manhattan-gpu's, die relatief weinig verbruiken omdat ze op 40nm gebakken worden, ten tonele verschijnen.
AMD's ultraportable-platform voor 2010 heet Nile en de Geneva-dualcores van deze modellen zullen op 45nm gebakken worden, wat de nodige voordelen ten opzichte van het huidige Congo-platform moet brengen. Het Danube-platform markeert de komst van Phenom II-quadcores en triplecores naar laptops, zodat ook AMD-laptops in 2010 flink hogere prestaties zullen bieden dan de 2009-modellen. Echt interessant wordt het pas in 2011 als het Sabine-platform de komst van de op 32nm geproduceerde Llano markeert: een chip die uit een cpu en een gpu op een enkele die bestaat. Ook moeten tegen die tijd geïntegreerde grafische chips met DirectX 11-ondersteuning en de 32nm-gpu's met codenaam Northern Islands verschijnen. De overname van ATI begint heel langzaam, maar toch zeker op mobiel gebied, zijn vruchten af te werpen.