De American Society of Composers, Authors and Publishers, die de rechten voor uitvoeringen van muziek int, wil dat telecombedrijf AT&T gaat betalen voor ringtones. Het afgaan van telefoons is volgens de organisatie een publieke uitvoering.
Evenals vele andere telecombedrijven verkoopt ook AT&T ringtones aan zijn klanten. Voorzover het daarbij om auteursrechtelijk beschermde muziek gaat wordt daar ook voor betaald, maar de Ascap is hiermee niet tevreden. Volgens de organisatie is er iedere keer als de telefoon op een openbare plaats afgaat sprake van een publieke opvoering van de muziek, en de Ascap wil ook hiervoor betaald worden. Omdat AT&T hier niets van wil weten, heeft de Ascap een rechtszaak aangespannen tegen het telecombedrijf. AT&T heeft de rechter gevraagd om de klacht meteen af te wijzen, maar daar heeft de Ascap bezwaar tegen gemaakt.
Volgens advocaat Fred von Lohmann, die werkt voor de Electronic Frontier Foundation, is de claim van de Ascap totaal kansloos. Hij wijst erop dat de Amerikaanse copyrightwet bepaalt dat voor uitvoeringen 'zonder enig direct of indirect commercieel oogmerk' geen rechten verschuldigd zijn. Het afgaan van een telefoon in een restaurant valt hier volgens hem beslist onder. De Ascap probeert hier onderuit te komen door te stellen dat AT&T wel commercieel bezig is en dus aansprakelijk zou zijn voor het openbaar ten gehore brengen van ringtones, ook al is de klant dat niet.
Von Lohmann weerlegt dit argument met een verwijzing naar de 'Betamax-zaak'. Hier bepaalde het Hooggerechtshof dat de maker van een videorecorder niet aansprakelijk is voor de eventuele auteursrechtschending die de klant ermee pleegt. Hij verwacht dan ook dat de rechtbank alle claims van de Ascap zal afwijzen.