Steve Jobs heeft een levertransplantatie ondergaan. De Apple-topman, die sinds januari met ziekteverlof was, heeft twee maanden geleden een nieuwe lever gekregen. Jobs herstelt goed en zou nog deze maand weer aan het werk gaan.
De vierenvijftigjarige Jobs meldde zich in januari van dit jaar ziek, omdat hij leed aan wat destijds werd omschreven als een stofwisselingsaandoening. Naar nu blijkt heeft hij een levertransplantatie ondergaan, zo schrijft The Wall Street Journal. De ceo van Apple zou de operatie goed hebben doorstaan en zijn herstel zou voorspoedig verlopen. In 2004 werd bij Jobs ook al een zeldzame vorm van alvleesklierkanker ontdekt. Die ziekte kon met succes behandeld worden.
Jobs zou deze maand zijn werkzaamheden hervatten en is zelfs al op het Apple-hoofdkwartier gesignaleerd. Coo Tim Cook, Jobs' plaatsvervanger, zal zijn oude baan weer oppakken. Apple wilde verder geen commentaar op het bericht geven. Apple-woordvoerster Katie Cotton zei dat 'Steve ernaar uitziet om eind juni weer aan het werk te gaan; verder is er niets te zeggen.'
Een levertransplantatie geldt als een bijzonder zware ingreep, met name omdat de eiwitopname door leverfalen wordt verhinderd. Dat betekent dat patiënten al verzwakt zijn als de operatie wordt uitgevoerd. De ingreep vindt dan ook alleen plaats als er geen enkel ander redmiddel meer beschikbaar is. De kans op acute afstotingsverschijnselen is het grootst in de eerste drie weken; vermoedelijk is gewacht met het vrijgeven van het nieuws tot Jobs deze periode succesvol had doorstaan. De vooruitzichten zijn desondanks niet bijzonder rooskleurig: de kans dat een patiënt die een levertransplantatie krijgt, binnen vijf jaar overlijdt, wordt op ongeveer vijftig procent geschat.