IBM's nieuwe Power7-serverchip krijgt acht cores en twee van de processors zullen op een enkele module geplaatst worden, claimt The Register. De Power7 zal onder meer in een nieuwe supercomputer voor de Ncsa gebruikt worden.
Elke core levert, volgens The Register 32 gigaflops en kan vier draadjes tegelijkertijd verwerken. De site baseert zich op interne IBM-documenten waarin het inzage zou hebben gehad. De snelheid van de zestien kernen van een module met twee Power7-processors komt uit op 512 gigaflops. IBM is van plan de Power7 op 4GHz te laten werken en de chip zal op 45nm geproduceerd worden. In 2010 moeten de eerste Power7-chips van de band rollen.
The Register vernam ook de eerste details over de nieuwe 'Blue Waters'-supercomputer die IBM bouwt voor de Ncsa. Deze machine moet een pieksnelheid halen van 10 petaflops en is opgebouwd uit 38.900 Power7-octacores. Blue Waters krijgt 620TB geheugen en een geheugenbandbreedte van 5 petabyte per seconde. Voor de interconnectie tussen systemen is een gigantische 1,3PB/s beschikbaar. Mogelijk gaat IBM hiervoor optische verbindingen gebruiken. Voor de opslag van gegevens kan Blue Waters met 26PB goed uit de voeten, terwijl een exabyte aan gegevens gearchiveerd kan worden. Blue Waters zal geplaatst worden bij de universiteit van Illinois en de meer dan 100 racks beslaan een oppervlakte van 408 vierkante meter. Voor de ontwikkeling van de supercomputer heeft IBM 244 miljoen dollar ontvangen van Darpa.
Voor de minder gefortuneerde klanten gaat IBM zijn Power7 leveren in 2U-hoge serverkasten met vier Power7-modules met een totaal van 64 cores. Deze systemen ondersteunen 128GB geheugen en moeten maximaal twee teraflops leveren. IBM kan snelle interconnects leveren om meerdere van deze 2U-servers met elkaar te verbinden.
