Het Zweedse bedrijf TerraNet voert proeven uit met een techniek waarbij mobieltjes middels een zelfontwikkeld p2p-protocol gratis kunnen bellen. Vooral ontwikkelingslanden kunnen hiervan profiteren, zo stelt het bedrijf.
De techniek van TerraNet routeert gesprekken tussen mobieltjes onderling, waardoor geen basisstations nodig zijn. Elke node heeft een bereik van een tot twee kilometer. Wanneer een telefoon aangezet wordt, gaat hij direct op zoek naar andere nodes, en maakt zich bekend in het mini-netwerk. Bij het kiezen van een telefoonnummer kijkt de telefoon of het gesprek via het p2p-netwerk doorgerouteerd kan worden. Elk tussenliggend mobieltje kan de datapakketjes doorsturen, tot maximaal zeven 'hops'.
Door het collectief routeren van gesprekken worden er geen kosten gemaakt. Ook het sturen van sms-berichten binnen het netwerk is gratis. Indien het netwerk van losse mobieltjes gekoppeld wordt aan voip-diensten, bijvoorbeeld middels een usb-dongle in een met internet verbonden pc, kan ook buiten het mini-netwerk gratis gebeld worden met andere TerraNet-clusters of voor lage kosten naar vaste- en mobiele nummers.
Omdat met de techniek geen dure gsm-masten nodig zijn, zou het systeem van TerraNet vooral in dunbevolkte gebieden van ontwikkelingslanden nuttig kunnen zijn. Momenteel doet het bedrijf proeven in Tanzania en Ecuador. Voorwaarde is wel dat de mobiele telefoons speciale hardware en software van het Zweedse bedrijf aan boord hebben.
Een nadeel van de techniek zou het gebrek aan geschikte frequenties kunnen zijn, zo geeft het bedrijf tegenover de BBC toe. Ook zou de techniek op veel weerstand kunnen rekenen van telecombedrijven, die hun inkomsten uit (lokale) gesprekken en sms-verkeer dreigen mis te lopen. Toch lijkt het bedrijf niet direct kopje onder te gaan; de fabrikant van mobieltjes Ericsson heeft bijna 4,5 miljoen euro in TerraNet geïnvesteerd.