Vannacht voert CNN een primeur op: voor de publieksvragen aan de gegadigden voor de Democratische presidentskandidaatsnominatie wordt YouTube gebruikt, waarmee de invloedrijke debatten een geheel nieuw publiek krijgen.
Volgens verschillende experts kan deze werkwijze, hoewel CNN de eindredactie over de geselecteerde video's heeft, een significante verschuiving in het politieke landschap teweeg brengen. Volgens mediaprofessor Jeff Jarvis van de New Yorkse City University betekent het dat de periode van 'journalisten die in onze afwezigheid de vragen stelden' zijn beste tijd heeft gehad. 'Wij zijn niet langer afwezig', aldus Jarvis. De professor heeft overigens wel kritiek op het feit dat CNN niet minstens deel van de vragen door de internetters zelf laat selecteren, maar wellicht laat de zender zich in de toekomst in ieder geval alvast inspireren door het aantal sterretjes dat YouTubers aan de ingezonden video's toekennen. Momenteel is ook dat onmogelijk, filmpjes kunnen enkel worden ingestuurd. Maar CNN's politiek redacteur Steve Grove is alvast enthousiast: 'Dit is het meest democratische debat ooit', juicht hij. Er zijn ruim tweeduizend filmpjes ingezonden, waarvan een stuk of dertig aan de kandidaten zullen worden voorgeschoteld.
In sommige filmpjes is redelijk wat productie gestopt, terwijl andere van de gebruikelijk grofkorrelige 'doe het zelf'-kwaliteit zijn, en ingaan op de zaken die de thuisfilmers bezighouden. Een opvallend voorbeeld is de contributie van kankerpatiënte die de kandidaten vraagt wat ze aan betaalbare zorg willen doen, en in haar filmpje plotseling haar pruik afdoet. Dat soort input levert volgens Jarvis een waardevolle contributie aan het politieke proces, in vergelijking met de traditionele journalisitiek. 'Reporters azen altijd op momenten van heb-ik-jouw-even-beet. Het publiek drukt zich gewoon menselijk uit', zo stelt hij. Het debat tussen de Democratische kandidaten wordt om één uur vannacht op CNN uitgezonden, op 17 september is de Republikeinse partij aan de beurt. De debatten zijn ook via YouTube's 'politieke arm' CitizenTube te zien.
Het effect van het internet op de race is overigens ook op andere vlakken goed zichtbaar. Zo wist Democraat Barack Obama onder meer dankzij een goed geregisseerde internetcampagne tot dusver het meeste geld van alle kandidaten binnen te hengelen, meer dan dan partijgenoot Hillary Clinton, die in de polls vooropgaat en een veel grotere naamsbekendheid heeft. Vooral de Republikeinen lopen achter wat online geld inzamelen betreft, omdat ze nog sterk op de traditionele mailingcampagnes leunen. Er moet echter opgemerkt worden dat het internet ook mee kan helpen om met zorg opgebouwd krediet te verspelen. Vier jaar geleden was het bovenal Howard Dean die het web succesvol wist te benutten. Toen hij echter tijdens een toespraak zijn woorden met een enthousiast 'Yeah!' kracht bij wilde zetten bleek het juichende publiek voor de tv-kijkers weggefilterd en kregen die enkel de met overslaande stem geproduceerde Dean Scream voorgeschoteld. Tv-zenders zonden het materiaal massaal uit, maar ook de online community ging ermee aan de slag en de scream werd een grote hit. Zo werd deze op muziek gezet en figureerde in allerlei filmpjes van evenzovele lolbroeken. De misser luidde het begin van het eind van Deans succes in.