De afgelopen tijd zijn binnen de IT-wereld steeds meer stemmen gaan klinken die oproepen om 'iets' te doen aan de alsmaar stijgende energiekosten van datacenters. Een van de oplossingen waarnaar gekeken wordt, is het ontwikkelen van energiezuinigere hardware, zoals cpu's en chipsets, en configuraties, zoals SAN's en bladeservers. Een optie waar pas recent meer interesse voor is gekomen in de zoektocht om energie te besparen, is het gebruik van virtualisatie. Vroeger was het zo dat virtualisatie vooral gebruikt werd om te besparen op kosten: hardware was nog erg duur en het neerzetten van een extra server was een kostbare zaak. Inmiddels is hardware relatief goedkoop geworden en virtualisatie enigszins uit de gratie geraakt. Het gebruik van meerdere virtuele servers of desktops op één fysieke computer zorgt er echter voor dat relatief gezien minder energie verbruikt wordt doordat per saldo minder fysieke hardware gebruikt wordt. Daarnaast biedt virtualisatie ook andere voordelen op bijvoorbeeld het gebied van flexibiliteit en beheerbaarheid, waardoor de techniek langzamerhand weer meer gebruikt wordt door voornamelijk serverbeheerders.